de honderden millioenen, die men voor die schepen en wat daarbij meer noodig zal blijken uitgeeft, inderdaad zóó groot zal zijn, als de marine het wil voorstellen en of binnen dat enorme bedrag niet een veel sterkere verdediging van Indië mogelijk zal blijken? Zal de weerkracht ter zee met twee slagkruisers méér zóó zijn, dat een vijan delijke aanval op onzen Archipel met zeer groote waarschijnlijkheid zal worden afgeslagen en een bezetting van ons uitgestrekt gebied daardoor voorkomen zal worden Niemand die dit gelooft, zelfs in den marinestaf niet Het eenige, dat met twee slagkruisers bereikt kan worden is, dat een aanvaller tot een grootere krachtsinspanning ter zee wordt genoodzaakt en hij dus schepen zal moeten inzetten, die superieur zijn aan onze sterkste eenheden. Maar datzelfde is ook langs anderen weg te bereiken, die bovendien grooter afweerkracht vertegenwoordigt. Zoo weinig was men van eigen krachtontplooiïng overtuigd geraakt, dat de marine een vijandelijke onderneming tegen onzen Archipel als een nevenactie beschouwde, waarvoor een aanvaller zeker niet de groote kracht van zijn vloot zou inzetten. Men meende zelfs, dat verouderde schepen voldoende zouden zijn, om ons te dwingen bepaalde deelen van ons gebied af te staan en in het uiterste geval zou met enkele kruisers, zwaarder bewapend dan de onze, kunnen worden volstaan, maar dat een vijand daarvoor ook de zwaarste eenheden zijner vloot zou moeten inzetten, dat achtte onze marine uitgesloten. Alleen door over schepen te beschikken die met zwaarder geschut dan dat der tegenwoordige A-kruisers, welke kanonnen van 20 cm voeren, bewapend waren, meende men dit te bereiken. SUGGESTIEF MAAR TENDENTIEUS. In deze redeneering zit iets suggestiefs, dat tot den leek spreekt, maar het tendentieuze ervan zal hem niet zoo dadelijk opvallen. De vraag, die dadelijk rijst is, of onze Indische weermacht dan over geen weermiddelen beschikt, waarvoor geen A-kruiser, doch slechts het slagschip veilig is en dit wellicht zelfs ook niet Naar mijn oordeel stellig wel. Hier komt de beteekenis van een krachtige luchtmacht van bommenwerpers naar voren en het is daarom begrijpelijk, dat men van marinezijde en vermoedelijk ook in de technische commissie, daarover op losse gronden een vernietigend oordeel moest vellen, om de slagkruisers, als lokvinken voor een vijandelijke vloot aannemelijk te maken. Daarover hoop ik later nog wel een en ander te zeggen, maar laten wij thans naar den slagkruiser terugkeeren, om na te gaan, of deze in staat zal zijn een aanval op ons eilandenrijk af te slaan. Het karakter van dit type kruiser brengt mede, dat hij in het artil leriegevecht de mindere is van het slagschip en daarom over een grootere snelheid moet beschikken om het gevecht met een over- machtigen tegenstander te ontwijken. Wordt derhalve de aanval op ons eilandenrijk ingezet met een vloot, waartoe ook slagschepen behoo- ren, dan zijn de voorwaarden, die de marine voor het optreden onzer slagkruisers noodig acht, n.l. gunstige omstandigheden om den vijand vastberaden tegemoet te treden en te verslaan, niet aanwezig. Deze zullen dan niet beter kunnen, dan zich aan den strijd te onttrekken en buiten de werking van 's vijands overmachtig vuur te blijven. Maar dit beteekent tevens, dat een directe beveiliging van ons gebied door de vloot niet mogelijk is, daar een aanval daarop, welke allereerst de in bezitneming van een voor de vijandelijke actie gunstige operatiebasis ten doel heeft, wel met een groote overmacht zal geschieden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 76