91 vraag, of de vlieger moet zijn opgeleid tot art.waarnemer dan wel de artillerist tot vlieger. Bij de beantwoording van deze vraag laat hij de specifiek artilleristische kennis buiten beschouwing doch wijst er wel op, dat de niet- artillerist niet zoo goed op de hoogte zal zijn van den toestand bij de artillerie (ostl., vuurmogelijkheden) en daardoor een juiste keuze van de doelen naar hun tactische beteekenis van hem niet mag worden verwacht. Dit motief zou n.o.m. aan waarde hebben gewonnen, indien daarbij het gewicht van even- genoemde artilleristische kennis in beschouwing zou zijn genomen thans achten wij die waarde wel zeer betrekkelijk. Meer aandacht verdient dan ook S.'s bewering dat het gebruik van een volwaardigen vlieger niet economisch is voor de art.wg. kan z.i. nml. worden volstaan met een zeer eenvoudige opleiding van 3 maanden. Deze elementaire opleiding en het gebruik van onbewapende vlgn. leiden er echter toe, dat de bij de art. ten getale van 3 per „regiment" (24 stun.), d.i. 1 voor den staf en 1 per „battery" (12 stun.) in te deelen art.wg.vlgn. zich niet boven 300 m noch over de vij. troepen mogen bewegen. De werkingsdiepte van deze vlg.wg. is dan ook beperktzij zal zich in den av. tot 5, in de vdd. tot 3 km achter de vij. frontlijn uitstrekken. Derhalve zal men aan de zw. en ten deele zelfs aan de middelbare art. steeds materieel en personeel van de R.A.F. moeten blijven ter beschikking stellen. S.'s oplossing is, zien wij het goed, dan ook niet anders dan een compromis tusschen de twee tegenstelde Fr. opvattingen, waarnaar hiervoor werd ver wezen zij beoogt, daar waar zulks mogelijk is, voor de art. betere voor waarden te scheppen. Het tweede gedeelte van zijn inzending wijdt S. aan eenige voorstellen tot verbetering van de in het Eng. leger in gebruik zijnde systeem van vuur leiding. M.h.o. op onze methode vermelden wij de meening, dat de beoor deeling van de ri. in het algemeen veel zuiverder is dan de beoordeeling van afstanden. De voorgestelde methode van vuurleiding is zoo eenvoudig dat er van leiding welhaast geen sprake is. In het algemeen worden in de richting van de door den waarnemer in coördinaten opgegeven plaats van het doel 3 geconcentreerde lagen (salvo's) afgegeven op den opgemeten afstand 200 yards, dien afstand en dien afstand 200 yards. Uit de opgave met de klok-methode (N 0 12, Z 6 enz.) van de ligging van het gemiddelde der salvo's wordt de correctie afgeleid. Slechts indien nauwkeurig moet worden ingeschoten, wordt het vuur nog een of meer malen herhaald. Even wel corrigeert men na elke groep van 3 salvo's voor iy2 X de uit de melding van den lu.waarnemer af te leiden afwijking. Meldt deze bijv. na de eerste groep de afwijkingen ri.6, 325 yards ri.7, 200 yards ri.9, 225 yards, en blijkt uit een constructie op de topografische plaatsen van het gemiddelde spt. der salvo's dat het middelste 24°/oo li. en 100 yards min ligt, dan brengt men de correcties aan om het gemiddelde spt. van het middelste salvo van de vol gende groep te krijgen op 12°/oo re. en 50 yards plus de afstandsverschillen tusschen de salvo's worden bovendien teruggebracht tot 100 yards. Op deze wijze gaat men verder tot de gewenschte nauwkeurigheid van insluiting is verkregen. Ervaringen. In The Spanish Civil War, 19361939 (J.R.A. Ill) vermeldt mj. Johnston het volgende omtrent de art. Bij het uitbreken van den oorlog was de nat. art. 50 sterker dan die der regeering. Tijdens den oorlog werd die overmacht wel opgevoerd, doch niettemin bleven beide partijen arm aan mob. art. (D. en It. voerden slechts ld.art. aan) op het 700 mijl lange front beschikten de nat. troepen gem. over 5, de reg.troepen over 1 kanon per 5 mijl. Dit noopte tot een zoo hoog mogelijk opvoeren van de strategische verplaatsbaarheid door motorisatie. De tactische verplaatsbaarheid leed daar onder aanmerkelijk, hetgeen vooral in heuvel- en bergachtig terrein en bij slecht weer tot uiting kwammeemalen kon de art. de oprukkende inf. niet volgen. Het gebrek aan art. dwong voorts tot een zoo economisch mogelijk gebruik van het beschikbare materieel waartoe o.m. een uitste kende vuurleidings-, vk.- en wg.dienst het zijne zou hebben kunnen bij-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 93