93
Intendance.
In het nummer van 6 October 1939 van het weeklblad „Economische Voor
lichting" uitgegeven door de afdeeling Economische Voorlichting der Directie
van Handel en Nijverheid van het Departement van E.Z. in Nederland, is
een artikel opgenomen luidende „De economische verdediging
der Nederlandsche Volkshuishouding" o.a. vermeldende de
maatregelen, welke op het gebied der volksvoedselvoorziening door de
Regeering zijn genomen op grond van reeds bestaande wetten.
Al dadelijk na de afgekondigde mobilisatie is aangevangen met inventari
satie van landbouwproducten, veestapel en veevoeder bij landbouw, handel
en industrie, ten einde zoowel de totale behoefte aan veevoeder als de
oogstvoorraden te leeren kennen, o.a. met het oog op distributie van de
beschikbare voorraden. Het was onvermijdelijk gedurende de eerste dagen
een algeheel verbod van aflevering en vervoer van de voor inventarisatie
aangewezen producten af te kondigen, uiteraard met voldoende mogelijk
heid tot verkrijging van dispensatie in noodgevallen. In den aanvang was
tevens elke be- of verwerking van aan inventarisatie onderworpen pro
ducten verboden, tenzij voor zeer speciale gevallen toestemming was ver
kregen van daartoe aangewezen instanties.
Reeds na enkele dagen kon algemeene ontheffing van deze verboden wor
den gegeven. Deze dispensatie gold echter niet voor de verwerking tot
veevoeder. Hiervoor worden door de nieuw opgerichte Afdeeling Veevoeder
distributie van het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlogstijd, in samen
werking met een economische en een technische mengvoedercommissie,
nadere regelen opgesteld, die ten deele reeds in practijk zijn gebracht.
Voor zoover niet reeds op grond van de Landbouw-Crisiswet 1933 in-
en uitvoer van voedingsproducten van eenig belang waren gemonopoliseerd,
is zulks gelijktijdig met de afkondiging der mobilisatie geschied hierdoor
is bereikt, dat thans alle in- en uitvoer op voedingsge'bied wordt gecontro
leerd door de verschillende centrale landbouwcrisis-organen, de z.g. centrales,
welke alle bij de economische defensiemaatregelen volledig zijn ingeschakeld.
Een andere getroffen belangrijke maatregel heeft betrekking op den aan
koop in het buitenland en den aanvoer naar Nederland van voedingsgrond
stoffen voor mensch en dier. In overleg met de betrokken groepen belang
hebbenden is als onderdeel van de Nederlandsche Aikkerbouw-Centrale een
centraal inkoopbureau (het Graan-Inkoop-Bureauopgericht, hetwelk alle
belangrijke te importeeren voedingsgrondstoffen omvat en waaraan voor
elk product of voor elke productengroep deskundigen uit de kringen van
den particulieren handel en de coöperaties zijn verbonden. In dit orgaan,
dat reeds werkt, zal naarmate de omstandigheden daartoe dwingen, inkoop
en aanvoer van de betreffende artikelen worden samengetrokken.
Binnen het kader der algemeene landbouw-crisis-organisatie was in vre
destijd voorzien in de aanwijzing bij mobilisatie van 11 Provinciale Voedsel-
commissarissen. Deze voedselcommissarissen zijn thans in functie en treden
ieder in zijn provincie op, in naam van den Leider van het Rijksbureau
Voedselvoorziening in Oorlogstijd iedere commissaris werkt op zijn beurt
met eveneens officieel benoemde Plaatselijke Bureauhouders, die plaatselijk,
te weten ieder in het hem toegewezen district, de maatregelen uitvoeren.
Deze organisatie is voornamelijk bedoeld voor de zuiver agrarische maat
regelen.
Aan het Rijksbureau Voedselvoorziening in Oorlogstijd is mede opgedra
gen in mobilisatie- en (of) oorlogstijd leger en vloot te voorzien van levens
middelen voor mensch en dier.
Met betrekking tot de distributie van levensmiddelen werden de volgende
maatregelen genomen.
Het Centraal Distributie Kantoor (C.D.K.), een terstond bij het begin
der mobilisatie ingestelde onderafdeeling van de Afdeeling Middenstand is