210
een ongetwijfeld ook voor hen nadeeligen „Duitschen vrede" deden stijgen,,
maar de uitlating, dat deze neutralen bij een Engelsche overwinning niet
het recht zouden hebben, ter vredesconferentie mede te praten. Denkt men
daarbij aan het reeds zoo vaak ter sprake gebrachte plan van herverdeeling
van de koloniale gebieden, dan schieten onwillekeurig de spreekwoorden
te binnen over het snijden van riemen van andermans leer en het gebeten
worden door hond of kat. Merkwaardig is in dit verband nog de verhoogde
Japansche belangstelling in November en Januari voor Ned.-Indië, welke
echter helaas en uiteraard ten onrechte tot uiting kwam in gissingen over
afspraken met de Ver. Staten. Onvermeld mag ten slotte niet blijven het
antwoord, dat minister Kleffens den beiden oorlogvoerenden partijen gaf
in zijn waardige rede in onze volksvertegenwoordiging.
Wat betreft de krijgsverrichtingen in het W. dient volledigheidshalve mel
ding te worden gemaakt van het verloren gaan van 2 Engelsche leaders of
jagers en 2 of 3 onderzeebooten. Voorts is de eerste Canadeesche divisie
veilig in Engeland aangekomen, alwaar de troep verder zal worden opge
leid met Nieuw-Zeelandsche troepen schijnt zulks het geval te zullen zijn
in Egypte. Als andere hulptroepen zouden in Frankrijk Poolsche, Tsjechische
en zelfs Oostenrijksche legioenen zijn opgericht.
In Finland werd bij temperaturen van ettelijke graden vorst hardnekkig
gevochten desondanks kwam in de beiderzijdsche positie weinig verandering.
Na voor de Mannerheim-linie het hoofd te hebben gestooten, trachtten de
Russen haar langs den N.-oever van het Ladogameer te omvatten doch ook
hier hadden zij, evenmin als bij hun nieuwe aanvallen nabij Suomussalmi en
Salla, geen succes, hoewel naar het heet thans troepen van beter, zoo niet
het beste (Russische) gehalte zijn ingezet. Men vraagt zich echter af, hoe
lang de Finnen nog weerstand zullen kunnen blijven bieden aan de telkens
afgewezen doch even zoo vele malen terugkeerende golven. Zal de hulp aan
Finland niet te laat komen en speculeert men als t.a.v. Duitschland niet
wat al te veel op Russische inwendige moeilijkheden In dit verband rijst
de vraag, wat er waar is van de berichten over „zuivering" van de verslagen
commandanten en bevelhebbers en van politieke leiders, over muiterij aan
het front en in het achterland en over een voorgenomen aanslag op Stalin.
Ook is het nog steeds niet duidelijk of, en zoo ja welk, geloof mag worden
gehecht aan de berichten omtrent het zenden van Duitsche technici en de
bewering, dat Ruslands moeilijkheden Berlijn aangenaam zouden zijn omdat
zij Moskou mogelijk zouden dwingen tot het aangaan van een militair bond
genootschap. Voorshands meenen wij echter te moeten betwijfelen of de
Duitsche militairen op een zoodanig bondgenootschap erg gebrand zullen
zijn een zoowel in politiek als in militair opzicht minderwaardige bond
genoot was reeds eenmaal „der Leichnam", het blok aan het been, van het
Duitsche rijk. Hetgeen Moskou's leger en vloot tot nu toe presteerden schept
weinig verwachtingen men schijnt het thans over een anderen boeg te willen
gooien door te trachten, den tegenstander door ononderbroken, niets ont
ziende luchtbombardementen op zoowel militaire als niet-militaire objecten
murw te maken. Nog daargelaten dat die bombardementen den afschuw
wekken van de geheele wereld en verre van straffeloos schijnen te worden
uitgevoerd, is het wel zeer de vraag, of het beoogde succes ook maar ten
deele zal worden bereikt.
Inmiddels gaf het Finsche incident aanleiding tot wrijving elders. De
Duitsche pers waarschuwde Noorwegen en Zweden op hun grondgebied geen
geallieerde actie toe te laten, welke weliswaar ten bate van de Finnen zou
heeten te zijn, doch evenzeer tegen Duitschland kon zijn gericht. Rusland
voelde zich toen sterk en protesteerde tegen de onneutrale Zweedsche houding.
Men liet zich te Stockholm niet onbetuigd als eerder te 's-Gravenhage
werd te kennen gegeven, dat over onaantastbaarheid van het grondgebied
niet viel te onderhandelen en elke aanranding daarvan den hardnekkigsten
tegenstand der wapenen zou ontmoeten. Moskou, dat kennelijk van twee
wallen wil eten door de voordeelen te genieten, welke zijn verbonden aan