situatie bij den vijand. Zoo b.v. waar grijze en roode kleien afwis selden met lichtgekleurde mergels, of grijze mergels met bruine en witte kalksteen. Op grond van nog veel geringere verschillen konden ter plaatse goed bekende, militaire geologen vaak aange ven op welke diepte de vijand mineerdehet is dus van groot belang de sporen van het eigen graafwerk zoo goed mogelijk uit te wisschen, hetzij door het uitgegraven materiaal op grooten afstand te deponeeren, hetzij door het met een laag aarde, welke de kleur van de oppervlakte heeft, te bedekken. Slotwoord. Wij hebben niet getracht een volledig overzicht te geven van alle problemen, welke militairgeologisch van belang kunnen zijn. Kwesties als aanleg van wegen en vliegvelden, afweer van vecht- wagens, het gebruikmaken van grotten als schuilplaatsen, de oorlog in het gebergte en tal van andere werden door ons niet of slechts terloops aangeroerd. De bedoeling was slechts, zooals in de inleiding reeds werd opgemerkt, den lezer te overtuigen van de groote militaire beteekenis der geologische wetenschap en aanne melijk te maken, dat dit vraagstuk ons ook in Ned.-Indië niet onverschillig mag laten. (Slot.) 132

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 30