1. MONUMENTENSERIE.
PASTOOR H. C. VERBRAAK.
Geboren te Rotterdam op 24 Maart 1835, werd Verbraak aan
vankelijk door zijn ouders bestemd voor den handel. Op 27-jarigen
leeftijd ging hij echter over tot den geestelijken stand van de
Jezuïeten Orde, waarna hij in 1869 te Maastricht de priesterwij
ding ontving en in 1872 werd benoemd tot apostolisch missionaris
in Indië. Nog hetzelfde jaar volgde hij zijn bestemming. Hij werd
te Padang geplaatst.
Weldra werd hij opgeroepen voor de taak, welke hij gedurende
33 jaren achtereen zou vervullen, n.l. de geestelijke verzorging
van militairen op het oorlogsveld in N. Sumatra.
Op 29 Juni 1874 betrad hij het oorlogsterrein in Atjeh, waar
hij een arbeidsveld aantrof, dat hem den eerenaam zou bezorgen
van Soldaten-Pastoor.
Hij was geëerd en bemind bij de militairen van alle rangen en
gezindten door zijn waardig optreden, door zijn goedheid van hart,
dienstvaardigheid en offervaardigheid. Van zijn eigen spaarpen
ningen, van giften uit Padang en Batavia en met behulp van de
militairen kwam in 1885 zijn houten kerkje tot stand op den hoek
van PeunajongPanté-Pira, waar hij op Zon- en feestdagen twee
maal daags godsdienstoefening hield, wanneer hij althans niet met
den troep te velde vertoefde of niet op tournee was naar de
militaire posten rondom Koetaradja.
De zorg voor de strijdende en lijdende soldaten was zijn dage-
lijksch werk, het oorlogsterrein zijn parochie. Hij volgde de batal
jons op hun excursies en expedities Batèë Ilië in 1877 onder
commando van Karei v. d. Heijden, hetzelfde Batèë Ilië in 1901
onder commando van Van Heutsz, de Pidië-expeditie, enz. Een
lange reeks van Gouverneurs van Atjeh heeft hij gekend, van
Generaal Pel af tot Generaal Van Daalen de Soldaten-Pastoor
zag hen gaan en komen, doch hij bleefeen vervanger voor
hem was niet beschikbaar.
Na 25 jaar onafgebroken in Atjeh te hebben gearbeid te midden
van de soldaten, vertrok hij met een kort verlof naar Java.
Sinds 1876 droeg hij reeds de Kraton-medaille, in 1881 werd
hij gerechtigd tot het dragen van het expeditiekruis met de gesp
18731876. Bij gelegenheid van zijn 25-jarig priesterjubileum,
dat samenviel met zijn 20-jarig Atjehverblijf, werd hij begiftigd
met de Orde van den Nederlandschen Leeuw bij zijn 25-jarig
105
