De rijproeven langs zeer smalle wegen en door kampongs leidden tot belangrijke consequenties, aangezien hier de rupstractoren belangrijk en onbestreden in het voordeel zijn. Het volgen van dergelijke wegen met scherpe bochten gaf voor de wielvoertuigen groote moeilijkheden. Veelal was afleggen van den vuurmond noodzakelijk, ten einde den trekker in staat te stellen afzonderlijk eerst de wending te kunnen maken. Een dergelijk gebruik leidt tot ernstig tijdverlies en bij slechte wegen bovendien tot een ontijdig vermoeien van het personeel. Op niet tegen inzicht uit de lucht gedekte wegen biedt een met wielvoertuigen uitgeruste batterij een zeer kwetsbaar doel gedurende een geruimen tijd. Het keertmaken op deze smalle wegen (breedte tot 4 m) eischt van de wielvoertuigen een ontoelaatbaar langen tijd en zal in vele gevallen zelfs tot de onmogelijkheden behooren. Het manoeu vreeren door kampongs, opgaand hout e.d. tot het in stelling bren gen van geschut of het opvoeren van munitie geeft overeenkom stige niet te onderschatten bezwaren. Meestentijds zal de vuur mond met handen in stelling moeten worden gebracht over vrij groiote afstanden, hetgeen bij een modderigen of muilen bodem geenszins een sinecure is. De prestaties van de rupstractoren gaan in dit opzicht ver uit boven de vorengenoemde en kunnen uitste kend worden genoemdaangezien zij vrijwel op de plaats kunnen keeren, met opgelegden last zeer scherpe wendingen kunnen rijden en het stuk met munitie op of nagenoeg op de plaats, waar het in stelling moet komen, kan worden gebracht. Bij gebruik van wielvoertuigen is de kans, dat men zich op dergelijke wegen vol komen vastwerkt, geenszins denkbeeldig. Het manoeuvreeren met geschut kan met rupstractoren binnen aanzienlijk beperkter ruim ten plaats vinden, dan bij gebruik van wieltrekkers. Ad 5°. Terreinen met vasten ondergrond gaven, ook indien zware hellingen voorkwamen, noch voor de rupstractoren, noch voor de andere typen, behoudens een enkele uitzondering, geen moeilijkheden (foto's nr. 1 en 7). Wel bleek overduidelijk, dat tractoren met rubberrupsbanden, althans in de Indische terreinen, onvoldoende adhaesie aan den bodem gaven en zelfs op vrij een voudige hellingen met harden grasmat doorslipten, terwijl daaren tegen vrachtauto's van een trado voorzien en zonder voorwiel aandrijving, vlot naar boven kwamen. Het gebruik van rubber rupsbanden is dan ook n.o.m. voor de Indische terreinen veroor deeld. Ad 6°. Ten einde een vergelijkend oordeel te kunnen vormen omtrent de gedragingen van de verschillende voertuigen in drassige of modderige terreinen werd een aantal weeke en natte sawah s (verschillend in dikte en samenstelling van de modderlaag en in diepte) doortrokken. De wieltrekkers waren hier over het algemeen zeer in het nadeel. Zoolang de modderlaag niet te dik is, zoodat de vastere ondergrond 244

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 32