12. UIT DEN VOLKSRAAD. A. Bij den Volksraad werd ingediend en sedert aangenomen een ontwerp tweede aanvullende begrooting voor oorlog voor 1940 (onderwerp 125) ten bedrage van rond 9.600.000. De opgebrachte credieten dienen in de eerste plaats ter verdere versterking van de lucht- en de kustverdediging. Voorts zijn credieten opgebracht voor de vergrooting van de oorlogsvoorraden van een aantal tot de uitrusting van het leger behoorende artikelen, voor de door den internationalen toestand geboden verhooging van de productiecapaciteit van de artillerie inrichtingen, voor de met dien toestand verband houdende bui tengewone opkomst van dienstplichtigen en reserve-officieren, alsmede voor de instelling bij den dienst der Staatsspoorwegen van een permanent treindienstbureau ten behoeve van het leger. Mede is gerekend op de voorgenomen overbrenging van de cre dieten van den staatsmobilisatieraad naar de Ie afdeeling' der begr. voor N.-I. en de uitvoering door het wapen der Genie van meer werken ten behoeve van het departement der Marine. B. Bij hetzelfde college werd ingediend een ontwerp derde aan vullende begrooting voor oorlog 1940 (onderwerp 131ten be drage van 25.000.welk bedrag verrekend zal worden met het Dep. der Marine en bestemd is voor uitbreiding van opslag ruimte enz. van, voor laatstgenoemd departement op aanv. be grooting aangevraagd, materieel. Deze aanvullende begrooting werd eveneens aangenomen. C. Bij den Volksraad kwam voorts in behandeling („om raad") een ontwerp van wet tot wijziging van de Wet op de Staatsre geling van Nederlandsch-Indië. Hoewel geen principieele wijzi gingen zijn voorgesteld, willen wij er toch een van vermelden, n.l. die van art. 91 (1). Stond daarin tot nu toe dat -„al hetgeen betreft bij algemeen maatregel van het bestuur wordt geregeld,1) voort aan zal e.e.a. bij alg. maatregel van bestuur kunnen worden ge regeld 1)Deze meer soepele regeling was in de practijk noodig gebleken. 311 a. de met vreemde mogendheden gesloten verdragen en andere overeenkomsten en de uit het volkenrecht voortvloeiende rechten en verplichtingen in het algemeen b. de verdediging van het grondgebied van Ned.-Indië. J) Cursiveering van ons. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 99