429 ten voorzien en als voedingsmiddelen verre superieur zijn boven de knollen (en knolproducten). In het voorgaande ging S. uit van het ruwe product en vervolgt dan met een uiteenzetting omtrent den invloed van de bewerkingen, die de rijstkorrels moeten ondergaan, voordat zij bruikbaar zijn voor de verdere toebereiding van den maaltijd. Daar de maïs hoofdzakelijk slecht door de bevolking wordt toebereid, behandelt S. verder alleen het pellen en stampen van de rijst. Een graankorrel bestaat uit twee deelen, n.l. de eigenlijke korrel en het kiempje, te zamen omgeven door den bolster. Net als onze huid bestaat de bolster uit verschillende lagen bij de rijstkorrel uit den harden bolster (kaf), het perisperm of zilvervlies en de aleuronlaag. De inhoud van de korrel noemt men het endosperm het dient als voedsel voor het kiempje gedurende het ontkiemingsproces van de korrel in de aarde. Bij het uitzaaien groeit uit het kiempje het jonge plantje dit kiempje is dus het levende deel van de korrelhet bevat ook de meeste en tevens de beste stoffen, i.e. de beste rijst-eiwitten, terwijl in de rest van de korrel grootendeels de koolhydraten (het zetmeel) zijn opgeslagen. Evenmin als het eiwit is het vitamine Bi dat tegen beri-beri 'beschermt, gelijkmatig over kiem en korrel verdeeld het komt hoofdzakelijk voor in de buitenste lagen van het endosperm, vlak onder het perisperm of zilvervlies en het kiempje. Dit alles wijst er dus op, dat de wijze van ontbolstering, waaraan de rijst korrel wordt onderworpen van uitermate groot belang is voor de voedings waarde. Ongepeld en niet gepolijst heeft rijst een veel grooter voedings waarde dan de geheel geslepen en gepolijste rijst. De inheemsche bevolking stampt haar gabah tot beras in een houten stampblok hierbij worden de korrels van de bolsters ontdaan en verliezen al naar gelang Van de gewenschte kwaliteit een gedeelte van hun perisperm bovendien wordt door deze bewerking een gedeelte van de kiempjes losge- stooten. Bij de machinale bewerking zijn deze verliezen veel grooter, vooral bij slijpen en polijsten, waardoor vaak 70—80% van de kiempjes losraakt en het perisperm practisch geheel wordt verwijderd. De voedingswaarde van de rijst wordt zoodoende in zeer sterke mate nadeelig beïnvloed door de machinale bewerking. Naast dit nadeel staan gelukkig verschillende voor- deelen. Weinig geslepen rijst, zilvervliesrijst, bevat onder de perispermlaag vet, dat door het stampen vrij aan de lucht is komen te liggen, waardoor oxydatie optreedt en door deze oxydatie wordt het vet rans en krijg de rijst een muffe smaak. Door het slijpen van de rijst is deze vetlaag verwijderd, waar door deze processen worden voorkomen. Bovendien bederft de zilvervlies rijst vlugger dan geslepen rijst en is zij veel vatbaarder voor insectenvraat. Het anti beri-beri vitamine is oplosbaar in waterwanneer men dus rijstkorrels, die door het slijpen him beschermende lagen grootendeels hebben verloren, intensief wascht (zooals op Java gebruikelijk is), dan gaat het grootste gedeelte van het nog aanwezige vitamine in dat waschwater in oplossing en gaat verloren voor den mensch wanneer men dit waschwater weggooit. Dit is dan ook de reden, waarom zoo sterk stelling wordt genomen tegen het intensief wasschen van de rijst (De bepalingen in ons V. M.en. houden hiermede dan ook rekeninng zie 55 sub b lid 4 c.). Evenzoo is stoomen van de rijst veel beter dan koken, omdat bij het stoomen het aan vankelijk in het water opgeloste vitamine niet verloren gaat, terwijl dit bij het koken door voortdurend afschuimen van het kookwater wordt wegge gooid. De verliezen aan vitaminen Bi bij al deze bewerkingen zijn zeer aan zienlijk Van Veen vond in zilvervliesrijst een gehalte van 400—500 dat door wasschen daalde tot 250300 en na wasschen en stoomen nog maar 250 bedroeg. Bij weinig geslepen, met de hand gestampte rijst, was het gehalte 250400 door wasschen gereduceerd tot 125200 en na wasschen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 102