interneeren 234)Ook werd in dat rapport met nadruk vastgesteld, dat de tweede alinea van artikel 42 eveneens betrekking heeft op belligerente militaire luchtvaartuigen met hun bemanning en pas sagiers, welke zich bij het uitbreken van den oorlog in onzijdig rechtsgebied mochten bevinden 235). Tenslotte vermelden wij volledigheidshalve nog, dat de in artikel 42 bedoelde interneering zich mede uitstrekt tot de uitrusting en verderen inhoud van de vliegtuigen en tot oorlogvoerend lucht- vaartpersoneel, hetwelk wordt aangetroffen zonder het toestel, waarmede het binnen onzijdig rechtsgebied kwam. Omtrent be handeling van al dan niet per militair luchtvaartuig van een oorlogvoerende gedeserteerd personeel en het door hen medege brachte materieel, alsmede geïnterneerd personeel en materieel verwijzen wij naar I.M.T. 1939, blz. 700 t/m 703 en 991 benevens naar hetgeen op blz. 344 hiervoor werd opgemerkt inzake gehei men t.a.v. constructie, bewapening a.a. De artikelen 40 en 42 O.R.L., zooals nader toegelicht in meer genoemd rapport, zijn in de Ned. N.P. '39 verwerkt in de artt. 2 onder 4°. en 4, lid 3, m.d.v. dat het laatste artikel geen internee ring voorschrijft van de niet-militaire opvarenden van belligerente militaire luchtvaartuigen, welke na het uitbreken van den oorlog in het rechtsgebied komen, noch van bemanning en militaire zoo wel als niet-militaire opvarenden van zoodanige luchtvaartuigen, welke zich bij het uitbreken van den oorlog in het rechtsgebied bevinden gelet op de afwijking van artikel 42 O.R.L. kan n.o.m. ook hier worden gesproken van een twijfelgeval waarin voorloopig, in afwachting van een regeeringsbeslissing, tot aanhouding dient te worden overgegaan. Artikel 41. De luchtvaartuigen aan hoord van een oorlogsschip, daaronder begrepen het vliegtuigmoederschip, zullen worden beschouwd als deel van dit schip uit te maken. Art. 4 lid 4 Ned. N.P. '39 heft eiken twijfel 236) omtrent de beteekenis van de woorden „aan boord" op door uitdrukkelijk de voorwaarde te stellen, dat onderwerpelijke luchtvaartuigen gedurende het wettig verblijf van het oorlogsschip in het rechts gebied „in den toestand van rust blijven", bij niet-naleving van welke voorwaarde zij worden behandeld als militaire luchtvaar tuigen. 352 Kunz, blz. 300, Spaight, blz. 427. De internationale noodseinen zijn vastgesteld in bijlage D, art. 18 van het in noot 231 genoemde verdrag. Zij zijn eveneens vermeld in art. 18 van de Luchtverkeersverordening (Stbl. 1936, no. 425), en bestaan o.m. uit een met korte tusschenpoczen afgevuurde serie witte lichtkogels. 235) Spaight, blz. 426. Bijv. bij Spaight, blz. 432.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 23