ting van transportschepen met scherfgranaten. De vuurleiding zal op de grootere afstanden moeten geschieden met luchtwaar- neming of waarneming van op grooten afstand uit de kust gelegen eilanden, en voor de kleinere afstanden met waarneming van de kust af. Daar de taak van dit geschut voornamelijk ligt op de grootere en middelbare afstanden, waarop zooals nader zal worden aangetoond directe waarneming van de doelen van de stukken af niet mogelijk is, is directe richting dus overbodig. Bovendien zou ook uit anderen hoofde directe richting voor dit hoofdzakelijk voor het voeren van den artilleriestrijd bestemde geschut schadelijk zijn, daar directe richting in het algemeen opstelling nabij de kustlijn noodzakelijk maakt, hetgeen beschie ting van die batterijen van zee uit aanzienlijk vergemakkelijkt. Op grond van deze overweging zal dit geschut dan ook moeten worden opgesteld op 1 a 2 km landinwaarts, waardoor beschie ting van zee uit alleen met eenige nauwkeurigheid zal kunnen geschieden met luchtwaarneming, waarvoor dan wellicht een luchtbombardement in de plaats zal worden gesteld. Hiertegen zullen voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen, welke bestaan uit een ver doorgevoerde echelonneering in breedte en diepte van de elementen van de batterij, een uitstekende bescher ming tegen vuur door zware dekkingen en tegen zicht door mas keering en verneveling, en tenslotte door de(n) batterij (en) een eigen directe luchtverdediging te- geven tegen laagvliegende vliegtuigen. Wat de echelonneering in breedte en diepte betreft zij hier nog vermeld, dat majoor KLINGBEIL in zijn brochure „Küstenverteidigung und Küstenbefestigung im Lichte der Welt- kriegserfahrungen" zelfs eischt, dat bij de zware batterijen de secties ten minste 1000 m, de stukken in de sectie tenminste 100 m uit elkaar staan, en de echelonneering in de diepte zoodanig is, dat flankeerend vuur op de batterij niet mogelijk is. Deze groote verspreiding houdt uiteraard verband met de spreiding en de te verwachten waaierbreedte van het vijandelijk vuur en de uitwerking van het enkele schot dezer zware kalibers. De nadeelen, verbonden aan het landinwaarts opstellen van het zware geschut, t.w. het prijsgeven van een gedeelte van de werkzame dracht en van de mogelijkheid van schieten met directe richting, indien de organen der indirecte richting onklaar raken, wegen niet op tegen de voordeelen van de grootere onkwetsbaar heid van de batterij. Het zou de moeite loonen, na te gaan, of mede wegens de vele kunstwerken in onze spoorwegen de toepassing van spoor- weggeschut van zwaar kaliber h.t.l. mogelijk is. Dit geschut toch zou een prachtige oplossing geven voor het vraagstuk van het zware kustgeschut, daar het op meer dan een plaats bruikbaar is, en bovendien, indien de landing slaagt, nog een goede kans heeft te kunnen worden afgevoerd, waarna het ook in den land oorlog nog belangrijke diensten zou kunnen bewijzen. Voorwaarde 358

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 29