543 verwachtingen wispelturig, onbetrouwbaar en agressief, dit laatste wederom blijkend uit een recente felle pers-campagne van Radio-Moskou tegen Japan's economische en imperialistische expansie-neigingen en een herha ling van de visscherij-incidenten. Slechts een stilzwijgende sympathie van Duitschland en Italië, die de Wang Ching-wei-regeering overigens evenmin erkenden als de andere staten, en een uitbreiding van handelsrelaties met enkele staten in Latijnsch-Amerika (Mexico, Brazilië) staan daar tegenover, terwijl Engeland, bij monde van zijn ambassadeur Sir Robert Craigie, een eenigermate verzoenender houding aanneemt, welke Japan evenwel met groote terughoudendheid gadeslaat. Is het te verwonderen, dat het opmaken van de balans in Japan eenige ongerustheid wekt De mogelijkheid, dat de Stille Oceaan in de oorlogshandelingen zou worden betrokken, vond weer gretig voedsel in eenige persberichten omtrent een uitbreiding van de Engelsche blokkade tot deze wateren en betreffende Duitsche duikboot-actie van Russische bases uit. De blokkade-geruchten ontlokten aan Japan al bij voorbaat ernstige bedenkingen het zou een actie van Britsche schepen door de zeestraten tusschen Korea en Japan ten einde Wladiwostok te blokkeeren, zeer ernstig opvatten. Hoewel de Japansche Zee niet geheel tot de Japansche territoriale wateren behoort, beschouwt de bevolking van Nippon haar als een „vijver", waarin aan het eigen land de zeggingskracht toekomt. T.a.v. een eventueele Duitsche duikboot-actie vestigden Britsche, Fransche, Amerikaansche en Japansche marine-officieren de aandacht op de vermeende Duitsche belangstelling voor de Komandorski (Commandeurs)eilanden welke aan Rusland toebehooren en in het uiterste N. van den Pacific in de Beringzee zijn gelegen. Het is bekend, dat de Sowjet het Bering-eiland en het Medni(Koper)eiland, de voornaamste eilanden van deze groep, versterken en op het Bering-eiland een sterke basis voor onderzeeërs heeft aangelegd. Daaraan zou in de maanden December en Januari een groot aantal Duitsche marine-officieren een bezoek hebben gebracht, terwijl een twintigtal Duitsche onderzeeboot-kapiteins deze eilan den in November 1939 en in Januari 1940 zou hebben bezocht. Ten slotte zouden de 21 olie-experts, die de Britsche marine in Januari j.l. van de Japansche „Asama Maru" haalde, hoewel zij in het bezit waren van passage biljetten voor Duitschland, eveneens voor genoemde eilanden zijn bestemd geweest. Vermeld dienen nog te worden de medio April door een Japansch eskader van 60 schepen in de omgeving van Formosa gehouden vlootmanoeuvres, welke schenen te zijn bedoeld als tegendemonstratie t.a.v. de Amerikaansche manoeuvres en vloot-versterkingsplannen. In Ned.-Indië behandelde de Volksraad het vlootplan 1940, beter bekend als het „Slagkruiserplan". De uitvoerige betoogen over dit ontwerp brachten, na de uitputtende beschouwingen aan dit onderwerp in pers en periodiek gewijd, weinig nieuws. In het algemeen juichte men de versterking van onze weermacht door uitbreiding van de maritieme middelen toe bovendien brachten vele leden in hun beschouwingen niet slechts het maritieme gedeelte van onze verdediging, doch tevens den harmonischen opbouw van onze weermacht en de groote beteekenis van de territoriale verdediging ter sprake. Wij kunnen dit niet anders dan toejuichen, omdat het vlootplan n.o.m. dient te worden beschouwd in het raam van het algemeen defensie-stelsel en der halve niet als een op zich zelf staande maatregel. De uit de redevoeringen gebleken tendenz, de geheele weermachtsvoorziening op een zoo hoog moge lijk peil te brengen, dient daarom hoogelijk te worden gewaardeerd. De gebeurtenissen in Noorwegen wekten ook h.t.l. wantrouwen tegen vreemdelingen'; van verschillende zijden pers, politieke partijen en Volksraad werd aangedrongen op strenge maatregelen te hunnen aanzien. Deze zaak heeft voor Ned.-Indië een zeer netelige zijde, aangezien vreemde lingen in schier alle takken van landsdienst min of meer belangrijke posten bekleeden. De terzake geuite ongerustheid deed Z.E. den G.G. een gerust-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 112