Vervolgens legde de Resident een krans aan den voet van het
monument.
Hierna hield de Heer J. Boon Jzn. een rede, waarin spreker
er o.m. op wees, dat de particulieren in Atjeh nog dagelijks de
zegenrijke gevolgen ondervinden van den toestand van orde en
rust, welke voor een groot deel is te danken aan het Korps Maré-
chaussée, waardoor mijnbouw, handel en industrie zich in deze
landen hebben kunnen vestigen. Spreker legde kransen namens
de B. P. M. en de Maréchaussees-honorairs.
Z.E. de Legercommandant bracht hierop dank voor de vele
blijken van groote belangstelling en waardeering van alle zijden
betoond. „Gaarne aanvaard ik", aldus besloot Generaal Berenschot,
„namens het Leger de hier gebrachte betuigingen van belang
stelling en dank ik U allen voor de hulde, hierdoor aan het Leger
gebracht".
Nadat nog enkele kransen bij het monument waren gelegd
vertrok Z. E., waarop ook de troepen afmarcheerden om het
Vaandel van het Korps Maréchaussée naar de „Atjeh-Club" te
brengen, waar het de volgende dagen zou blijven.
De Maréchaussée-brigades met hun officieren verzamelden zich
na een korte rust te twaalf uur in de cantine voor het uitbrengen
van een heildronk op H. M. de Koningin en het Oranje Huis,
terwijl ter zelfder ure in de „Atjeh-Club" een zeer druk bezochte
pait-musicale aanving.
Receptie van het Korps Maréchaussée.
Des avonds recipieerde het Korps Maréchaussée in de „Atjeh-
Club", daarbij vertegenwoordigd door zijn Commandant, Mj. A.
452
winning was, de heilzame vrede, dien zij na jarenlangen strijd brachten,
waardoor de oorlog niet tevergeefs was gevoerd.
De vrede gaf orde en rust in de georganiseerde samenleving tusschen
de verschillende bevolkingsgroepen, bracht onderlinge waardeering en begrip
voor eikaars nooden en behoeften, waardoor een streven naar meerdere
welvaart zich kon gaan ontwikkelen.
Deze consolidatie-periode heeft zich verder voortgezet en met een terugblik
op de laatste tien jaren, kan ik hier getuigen dat, dank zij de ongestoorde
rust en veiligheid van persoon en goed, de welvaart in Atjeh toenam en de
maatschappelijke ordening zich zoodanig gunstig voltrok, dat thans geregelde
toestanden een goede belofte voor een normale toekomst van voorspoed
inhouden.
Het gezagsapparaat zal echter steeds gereed dienen te staan om ontoelaat
bare verstoringen van orde en rust te voorkomen en doelbewust in te grijpen,
waar dit noodig mocht zijn.
Ten volle overtuigd, dat ons Indische Leger en speciaal het Korps Maré-
chaussée in Atjeh in staat is om zijn taak feilloos uit te oefenen, leg ik
op den dag van het 50-jarig jubileum van dit wakkere Korps dezen krans
neer bij het pacificatie-monument, daarbij den wensch uitsprekende, dat dit
symbool van eenheid in het Vredespark tot in lengte van dagen moge getuigen
van een dapper Korps, dat medewerkte tot de verkrijging van vrede, orde
en welvaart en ook in de toekomst waakzaam zal blijven om schadelijke
storingen van geregelde toestanden in deze samenleving op doortastende
wijze te beletten.
