haar doen passen in die nauwkeurig afgemeten plaats eener
grootere eenheid."
Iedere militaire revue heeft een dubbel doelzij dient als
toetssteen voor de deelnemers en tevens als demonstratie aan het
volk, dat men gereed is voor den strijd. Dat geeft vertrouwen,
vertrouwen in eigen kracht, óók aan de natie, wier bescherming,
meer nog, wier voortbestaan door de weermacht moet worden
gegarandeerd. Deze wapenschouwing was echter nog meer zij
diende om den Ridders een idee te geven van het jonge leger,
een hulde tevens aan het voorgeslacht en de dragers van „het
ridder" in het bijzonder.
Een Franschman zou het bloemrijker kunnen zeggen, wij Hol
landers zijn vaak te nuchter, maar toch zal menig hart wel luider
hebben geklopt bij het zien voorbij marcheeren van de Ridders,
enkelen in auto's gezeten, geflankeerd door de drie gedecoreerde
vaandels.
Het was een goede gedachte, deze symbolen te laten medekomen;
zij gaven aan heel het feest een eigenaardig en bijzonder cachet.
Tijdens de reünie en receptie, na afloop van de wapenschouwing
in Hotel Homann gehouden, trad het persoonlijke element sterk
op den voorgrond. Wil men een voorbeeld
Toen een van de orde-commissarissen aan een lid van het
Comité dat veel tot het totstandkomen van het feest heeft bijge
dragen, iets over de regeling wilde vragen, kreeg hij daar geen
gelegenheid voor. De aangesprokene zeide „Dat kan me nou
niets ver daar zit mijn oude dardanel, dien moet ik
de hand drukken".
Er werden véle handdrukken gewisseld oude kennissen be
groetten elkaar, er was vroolijke en prettige verrassing van alle
kanten. Er heerschte een opgewekte stemming, welke niet weinig
werd verhoogd door de muziek, die alle mogelijke vroolijke liede
ren ten gehoore bracht. Voor het eerst tijdens het feest werd
het bekende Maréchaussée-lied gespeeld, hetgeen een geweldig
enthusiasme ontketende.
De rij der sprekers werd geopend door den voorzitter van het
Huldigingscomité, generaal-majoor H. ter Poorten, die als
volgt sprak
465
Mijnheer de vertegenwoordiger van Z. Exc. den Gouverneur-
Generaal, mijnheer de Vice-President van den Raad van Nederlandsch-
Indië, Excellentie, Commandant van het Koninklijk Nederlandsch-
Indische Leger, mijnheer de voorzitter van den Volksraad, mijnheer
de Commandant der Zeemacht, en verder allen die door hun aanwe
zigheid blijk wenschen te geven van hun medeleven met dit zoo zeld
zame en gewichtige jubileum, namens het Comité-Ridderdag, ik heet
U allen hartelijk welkom en ik dank U voor Uw belangstelling.
Heeren Ridders der Militaire Willemsorde en Dragers van het Eere-
teeken voor Moed en Trouw, die van heinde en verre zijt gekomen
om het 125-jarig bestaan Uwer Orde te herdenken, van harte welkom
in het Hoofdkwartier van het Koninklijk Nederlandsch-Indische Leger.