Des avonds kwam dan het laatste samenzijn in de Militaire Socië teit voor de uitreiking van een extract stamboek, een ridderdiploma en een album met photo's, waarin ook de woorden van H. M. de Koningin waren opgenomen. Voorts zou een tijdens de voorgaande dagen opgenomen film worden vertoond terwijl ten slotte eenige huishoudelijke zaken, in verband staande met het a.s. vertrek, dienden te worden geregeld. Generaal-Majoor ter Poorten sprak hier namens het comité als volgt Vervolgens kwamen de Ridders aan het woord. Er zal wel niemand zijn geweest, die niet werd ontroerd door de woorden van dank en waardeering, die in het Hollandsch en Maleisch werden gesproken. Kolonel Geertsema Beckering overhandigde den voorzitter en den secretaris van het comité met enkele hartelijke woorden een zilveren schaal, uiting van dank van alle Ridders en Dragers voor hetgeen het comité voor hen had verricht, waarop Ridder Mossel man den voorzitter een bloemstuk aanbood namens de in Indië wonende zoon en dochter van Generaal van Heutsz, die de ver schillende feestelijkheden bijwoonden. Alvorens te vertrekken richtte Z. Exc. de Legercommandant zich in een korte afscheidsrede tot de Ridders M.W.O. en Dragers 470 Ridders van de Militaire Willemsorde, Wij zijn hier thans bijeen voor de slotacte. De ridderdagen liggen alweer achter ons. In het rumoerige bestaan van den tegenwoordigen tijd hebben we een oogenblik gepauseerd. Het verleden werd ons, dank zij Uw aanwezigheid weer levend. Gij hebt een paar dagen in het middelpunt gestaan van ons aller belangstelling en vereering, wij hebben in U vijf generaties van Ridders gehuldigd. 125 Jaar historie zijn weer aan ons geestesoog voorbij getrokken en thans staan we aan het begin van een nieuwe periode. Het was de bedoeling van het comité, dat we uit dit verleden, uit uw voorbeeld kracht zouden putten voor een wellicht moeilijke toekomst. Of dit doel bereikt werd, weten we niet, laten we het hopen. Verder wilden we U Ridders doen weten, dat we U niet vergeten zijn. Welnu, wanneer gij naar Uw haardsteden terugkeert in het 'besef, dat de natie en weermacht U nog steeds dankbaar gedenken, wanneer ge naar huis gaat nog vol van de herinneringen aan deze mooie, maar drukke dagen, als ge nog lang met voldoening op dit feest terug zult zien, dan zal het comité zich rijkelijk beloond achten. Daarom Ridders, er is een tijd van komen en een tijd van gaan, vaartwel. Neemt onze beste wenschen mee op uwen verderen levens weg. Wij danken U, dat ge wel hebt willen komen. Goede reis en behouden thuiskomst, het ga U goed. Generaal Helb ik druk U, voor allen, de hand ten afscheid. Verder nog een enkel woord voor de leden van het comité en gij medewerkers, die allen zoo hard getracht hebt om dit feest te doen slagen. Aanvaardt mijn hartelijken dank voor al uw moeite en zorgen. Ik wil en kan hier geen namen noemen, het zouden er te veel worden, weest er echter van overtuigd, dat uw werk ten zeerste gewaardeerd wordt en werd. Nogmaals hartelijk dank. (Luid applaus).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 37