Ned. zee- 1 gaande Vloot| 16 522 BIJLAGE A. Overzicht van de vermoedelijke samenstelling der zeegaande vloot omstreeks begin 1946. Type schip Aantal Jaar van indienststelling (bij nieuwbouw voor zoover thans te voorzien) Slagkruisers 3 1945. B-kruisers 3 Ie kruiser 1936, 2e kruiser 1941, 3e kruiser 1942. Flottieljeleiders 2 Tromp 1939. Heemskerck 1941. Torpedobootjagers 12 4 jagers 1944, 4 jagers 1940/41, 4 jagers 1929/30. Onderzeebooten 18 028-30= 1944; 0 21-27 1940/41; 0 19-20=1939 0 16 1936; K 14-18= 1932/34. Onderzeebootjagers 12 1942/45. Vergelijkend overzicht van de samenstelling der Nederlandsche zeegaande vloot na de uitbreiding en (globaal) eenige der voornaamste buitenlandsche eskaders. Italië Frankrijk Engeland lapan U, S. A. voor beide Oceanen Tarente Spezia Atlant. Vloot Middell. Zee Vloot 1 Home Fleet Medit. Fleet le Vloot 2e V oot Slagschepen of slag kruisers 3 4 4 9 3 5 13 A- en/of B-kruisers 3 6 12 3 8 8 6 3 9 31 Flottieljeleiders 2 Groote torpedobootja gers (boven 2000 ton) 11 13 Kleine torpedobootja 24 35 14 gers (1000-2000 ton) 12 12 12 20 6 76 T orpedobooten(beneden 1000 ton) Onderzeebootjagers 12 Onderzeebooten 18 25 24 6 7 9 9 45 Vliegtuigmoederschepen 1 1 2 1 1 2 4 J) Ongeacht een aantal onderzeebooten ten behoeve van den dienst in Nederlandsche en West-Indische wateren, welke tevens geschikt zijn om, zoo noodig, in Nederlandsch-Indië dienst te doen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 91