Van vraag a kan ik me snel afmaken. Ik weet het niet. In hoe verre voor dit doel speciale transportvliegtuigen moeten en kun nen worden aangeschaft, alsmede in hoeverre de toestellen van de K.N.I.L.M. en eventueel de K.L.M. zich voor dit doel leenen, is een vraag, waarvan de beantwoording aan meer bevoeg den moet worden overgelaten. De beantwoording van vraag b levert weinig moeilijkheden op. Luchtinfanterie leent zich bij uitstek voor de uitoefening van de politiek-politioneele taak van het leger. Haar actieradius wordt bepaald door die van de vliegtuigen, en bestrijkt dus geheel Nederlandsch-Indië. Haar mobiliteit is bijna onbegrensdde moreele indruk, door een dalende brigade parachutisten bij de bevolking teweeg gebracht, zal mede door de aanwezigheid van de vliegtuigen veel grooter zijn dan die, veroorzaakt door eenige gewone infanteriebrigades. Daar komt nog bij, dat het bezit van luchtinfanterie een revolutie kan teweeg brengen in de aloude methode van bezetting van de buitengewesten en van eventueele actie aldaar. Een optreden van de combinatie garnizoensinfan- terie--vliegtuigenluchtinfanterie wint het in kracht verre van een actie, slechts uitgaande van garnizoensinfanterie. Een en ander maakt het mogelijk, een groot aantal troepen aan de bezettingen in de buitengewesten te onttrekken, welke troepen gedeeltelijk kunnen worden bestemd voor de vorming van een korps parachutisten, terwijl het restant een waardevolle aanwinst kan vormen voor het Java-leger, dan wel voor de defensieobjecten. Ook op vraag d behoef ik het antwoord niet schuldig te blijven. Gezien de hedendaagsche politieke en strategische constellatie komt Sumatra in de allereerste plaats voor een aderlating in aanmerking. En dan wil ik speciaal de aandacht vestigen op Atjeh. Daar ligt nog altijd ons keurkorps, het Korps Maréchaussee. Het feit, dat Atjeh het geboorteland der maréchaussées is, behoeft nog niet te beteekenen, dat zij voor eeuwig in dit gewest moeten blijven. Dit strookt trouwens niet met de eer van het korps en deszelfs stichters. Het werd eens daar opgericht, waar de toestand de behoefte aan een uitgelezen keurtroep het dringendst deed gevoelen. Dat was toevallig Atjeh. Doch sedertdien is, mede dank zij dit keurkorps, Atjeh gepacificeerd. Sedertdien zijn bovendien de toestanden grondig gewijzigd. Van hoofdtooneel werd Atjeh, uit militair oogpunt beschouwd, een weinig belangrijk neventoo- neel. En terwijl Atjeh voortleefde op eerbiedwaardige tradities zonder meer, ontwikkelden zich op grooten afstand, de richting van de Groote Oost uit, politiek-strategische constellaties van de eerste orde. Het leger ondervond hiervan directen invloed. En terwijl op Java koortsachtig werd, en nog wordt gewerkt, gewone infanterie de strategisch belangrijkste taken te vervullen heeft, blijven de maréchaussées in Atjeh als een antiquiteit in een museumkast. Grooter onrecht kunnen wij den kampioenen van 660

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 32