een paar honderdduizend man. Binnen twee weken waren deze echter weer binnen hun linies teruggekeerd, volgens de Chineezen met zware verliezen aan personeel en materieel. Dergelijke offen sieven hadden in den loop van het vorige jaar voorts plaats van YoChow uit tegen ChangSha en van CanTon uit in n. richting ook deze acties leverden een voor de Japanners negatief resul taat op. Thans zijn zij opnieuw zulk een offensief begonnen ten n.w. van HanKow. Volgens Chineesche opgaven zouden niet minder dan 7 Japansche divisies, 400 tanks en 200 vliegtuigen deelnemen aan den aanval op een op 300.000 tot 500.000 man geschatte Chineesche legermacht. Hoewel nog wat breeder opgezet, ageeren de Japansche colonnes in beginsel op dezelfde wijze als in April-Mei van het vorige jaar. En naar het schijnt met precies hetzelfde ongunstige resultaat. Op 4 Mei werd uit ChungKing gemeld, dat de Japanners een aanval op TsaoYang voorbereiden. In N.-HuPeh zouden zij niet minder dan 4V2 divisie hebben verzameld (genoemd worden de 33e div., aangevoerd uit N.-KiangSi, de 39e in SuiHsien en de 40e in SinYang dit zijn alle tot nu toe onbekende nummers en blijk baar dtrie van de nieuwe voor China opgerichte divisies, waarvan in een vorige correspondentie reeds werd melding gemaakt) terwijl de Japansche sterkte in den SinYang-sector op 40.000 man (2 divisies) werd geschat. Inderdaad bleek, dat de Japanners op 1 Mei, evenals bij de vorige gelegenheid waren opgerukt uit ChungSiang tusschen de Han-rivier en het TaHung-gebergte, uit SuiHsien langs den (vernielden) autoweg naar TsaoYang en uit SinYang met drie colonnes. De eerste hiervan rukte tot YinTien 55 km van SinYang) op in n.w. richting en boog daarna af. De tweede colonne marcheerde tot nabij MingKiang 35 km n. van SinYang) alvorens af te buigen terwijl de derde direct op TungPeh aanrukte. Het doel van de Japanners was volgens generaal HoYingChing, den Chineeschen Minister van Oorlog, de bezetting van FangCheng, SinYeh en NanYang. Een blik op de bijgevoegde schets doet zien, dat de omvattende strijdmacht ditmaal zoo sterk mogelijk was gemaakt. Zij was samengesteld uit 3 evenwijdig aan elkaar marcheerende colonnes, wier taak het blijkbaar was TangHo, SinYeh en FangCheng te veroveren en daar den „stalen ring" te sluiten, binnen welken de Japanners steeds maar weer hopen de Chineesche legerscharen te vernietigen. Waren de Chineesche troepen bij de vorige gele genheid in plaats van in w. richting te vluchten zooals de Japanners meenden te mogen verwachten uitgeweken in de TaHung- en TaPieh-bergen, ditmaal trachtten de Japanners een dergelijke manoeuvre te beletten door zelf troepenafdeelingen uit SuiHsien in die bergen te zenden, terwijl de ChungSiang-colonne zich zelfs in haar geheel dwars door het TaHung-gebergte in de 684

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 56