687
10. BOEKBESPREKING.
Military Strength of the Power
by
Max Werner.
De auteur van dit boek is volgens den uitgever een bekend militair
deskundige, die echter een pseudoniem heeft gekozen m.h.o. op mogelijke
onaangename gevolgen voor zijn bloedverwanten in zijn geboorteland. Het
boek werd juist tijdens de bezetting van Tsjechoslowakije gedrukt. De
Engelsche vertaling, welke het onderwerp van deze bespreking zal vormen,
verscheen in Maart 1939 te Londen. Met deze feiten voor oogen is het merk
waardig schrijver's conclusies te lezen m.b.t. den ontwikkelingsgang van
den huidigen ook door hem voorspelden oorlog.
S. behandelt achtereenvolgens de militaire waarde van Sovjet-Rusland,
Nat.-Socialistisch Duitsehland, Frankrijk, Engeland, Italië, Polen, Japan en
de Ver. Staten hij geeft vele cijfers en bespreekt zakelijk de kansen en
mogelijkheden in een eventueelen thans tot werkelijkheid geworden
oorlog. Aangezien de behandelde stof op het oogenblik voor een belangrijk
deel den grondslag vormt van de dagelijksche gesprekken, lijkt een eenigszins
uitvoerige bespreking voor de lezers van dit tijdschrift wel van belang.
S. begint bij het keerpunt in de Eur. verhoudingenhet jaar 1932, waarin
de Duitsche herbewapening begon. Tusschen 1932 en 1939 voltrok zich de
grootste omwenteling op militair-technisch gebied en aanschouwde de wereld
den geweldigsten bewapeningswedloop aller tijden.
De werkelijke militaire kracht van een mogendheid wordt beheerscht door
3 factorende reserves aan man-kracht, de economische hulpbronnen en
de mate waarin beide factoren ondergeschikt zijn gemaakt aan mil. eischen.
Deze elementen te zamen vormen het oorlogspotentieel, waarbij de basis
wordt gevormd door het economisch potentieel, d.w.z. de graad van indus-
trieele ontwikkeling en het bezit van grondstoffen en voedingsmiddelen.
Wanneer twee landen even sterk industrieel ontwikkeld zijn, zal het land
met de grootste reserves aan man-kracht en met de meeste grondstoffen een
grooter oorlogspotentieel bezitten.
Er zijn echter nog andere factoren de moderne oorlogvoering eischt de
grootst mogelijke concentratie van materieel en geoefend personeel op het
oogenblik waarop de vijandelijkheden beginnen, derhalve is de oorlogs
gereedheid zoowel in materieelen als in personeelen en moreelen zin
evenzeer een factor voor het bepalen van het oorlogspotentieel. „The per
manent war preparedness of a country, and in particular those trained
reserves and that war material which are immediately available, will be of
decisive importance in the battles on the outbreak of hostilities." M.a.w. de
militariseering van 's lands economische en menschelijke reserves dient te
geschieden vóór het uitbreken van den oorlog en niet daarna, omdat het de
vraag is of er dan nog tijd zal zijn om te kunnen komen tot een volledige
mobilisatie van al deze hulpbronnen.
Wanneer een land volgens moderne methoden oorlog wil voeren, zal
de gansche industrie moeten worden gericht op oorlogsproductie en zullen
enorme voorraden grondstoffen moeten worden verzameld alhans indien
deze moeten worden ingevoerd terwijl de beschikbare reserves aan men-
schen z.m. geheel mil. geoefend moeten zijn. Het is duidelijk, dat in een
dergelijke gigantische oorlogsvoorbereiding een bepaald tijdstip, waarop