711 machtswellust, zich van dit wapen zou bedienen, was begrijpelijk, want voor al diegenen, die de mérites en mogelijkheden van de luchtvaart als oorlogs wapen nauwkeurig voor oogen staan, was de ontzaggelijke slagkracht allang bekend. De luchtvaart als militair orgaan is te beschouwen als de verlenging van den langen arm der artillerie. Met bommenwerpers kan men die plaatsen bereiken, die onbereikbaar zijn voor de draagkracht van het meest verdragende geschut, en daarmede doelen bereiken die bij ouderwetsche begrippen van oorlogsvoering onkwets baar werden geacht. De huidige oorlog heeft een geheele omwenteling gebracht in de tactiek en strategie der verbonden wapens en met spijt moeten wij constateeren, dat de enorme beteekenis van het 5e wapen door ons en onze vrienden zoolang onderkend is geworden. Verschillende factoren zijn hieraan natuurlijk debet b.v. de wil om ten koste van alles den vrede te bewaren het ongeloof dat een volk hetwelk reeds eenmaal in den oorlog is geweest en de verschrikkingen daarvan heeft medegemaakt voor een tweeden keer een oorlog ingaat het verlangen om de defensie-uitgaven tot het uiterste te beperken, omdat de gevolgen van den vorigen oorlog nog niet te boven waren gekomenhet misplaatste vertrouwen in de z.g. eerlijke bedoelingen van het Nazi-regiem enz. Toen in 1934 het Nazi-regiem definitief aan het bewind kwam en met groote krachtsinspanning aan de defensie begon, had dit voorbeeld weinig navolging. De opleiding van vliegers was reeds in 1933 op de meest efficiënte wijze ter hand genomen. Voorloopig weliswaar voor opleiding van z.g. verkeersvliegers, daar Duitschland nog alleen slechts een politiemacht mocht onderhouden, doch toen wij in het najaar 1934 de verkeersvliegerschool in Brunswijk bezochten, was het opvallend hoe goed en doelmatig, doch ook hoe zwaar militair gedrild deze opleiding verliep. Na een vooropleiding op lichte schoolvliegtuigen ging men over op nog onbewapende militaire vliegtuigen met groot en zwaar vermogen. Vervolgens op lichte verkeersvliegtuigen, daarna op zwaardere en meer-motorige. Dit alles alleen om het decorum te bewaren. Daarna werd een jaar besteed aan de nautische opleiding, zeilen, roeien, zeevaartkunde enz. en het vliegen van watervliegtuigen. Uit de candidaten werd geselecteerd voor de burger-luchtvaart. De rest bleef als reserve en werd als zoodanig geoefend. Aan sport in alle weersge steldheden werd streng de hand gehouden. De leerlingen waren daarbij gekleed in summier sportcostuum, bestaande alleen uit een zwembroekje. Brunswijk was een der vele scholen. Na het aan het bewind komen van Hitier kwam de groote opleiding in de vliegerij onder motto „das Land der Flieger". Het resultaat dezer campagne was, dat in Maart 1935 de luchtmacht officieel werd ingesteld als derde weermachtsonderdeel gelijkwaardig met Land- en Zeemacht. In Augustus waren er, zoover bekend, 7 Flieger Divisionen. Einde 1938 zou volgens Aircraft Engineering de Duitsche luchtmacht beschikken over 280 afdeelingen van 9 vliegtuigen in le. lijn met complete bemanningen en 3 bemande reserve vliegtuigen. De totaal sterkte bedroeg dus 3400 vliegtuigen zonder de politie-, transport- en opleidingsvliegtuigen, zonder de reserve vliegtuigen in 2e en 3e lijn en zonder de 750 Tsjechische vliegtuigen. Volgens een Amerikaansch rapport (Lindbergh?) zou de maandproductie aan vliegtuigen 800 stuks bedragen, geleverd door een industrie bestaande uit 29 vliegtuig-firma's met 51 groote fabrieken alsmede 17 vliegtuig-moto ren-fabrieken met 170.000 arbeiders waaronder een groot aantal vrouwen, die wekelijks 52 tot 60 uur werken. Bovendien werd in de fabrieken een ver doorgevoerde normalisatie toegepast. Volgens gegevens van Liddell Hart beschikte Engeland in 1936 in le. lijn over 900 vliegtuigen, terwijl de Duitsche luchtmacht toen reeds tot 1200

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 85