telijke rijkdommen op allerlei gebied waren oorzaak, dat men van Amerikaansche zijde onwennig stond tegenover den nieuwen toe stand, eigenlijk niet wist wat met de kolonie te beginnen en er weldra over dacht, de verworven gebieden weer op korten termijn onafhankelijk te maken. Slechts enkelen hadden begrip van de groote waarde van de Philippijnen voor Amerika. Van een vast omlijnd plan van den nieuwen meester viel dan ook kort na de verovering weinig te bespeuren men richtte op groote schaal scholen (ook voor middelbaar en hooger onderwijs) en hospitalen op, propageerde overal de democratische beginselen als vrijheid van drukpers en van het gesproken woord, en gooide als het ware met geld, waardoor loonen en prijzen tot ongekende hoogte stegen en het leven in Manila zeer duur werd. E.e.a. had tot gevolg, dat het ontzag voor de Amerikanen snel verminderde en dat handige Inheemsche volksmenners steeds meer intrigeer den en telkens hoogere eischen gingen stellen. De troebelen, welke hieruit in 1899 voortvloeiden, werden wel is waar onderdrukt, doch een krachtige koloniale politiek met vaste lijn bleef ook in de volgende jaren uit. In 1901 werd de verzetsleider Aguinaldo tijdens het opperbevelhebberschap van Generaal Arthur Mc. Arthurx) gevangen genomenhij werd zoodanig behandeld en overtuigd van de goede bedoelingen van de Amerikanen t.a.v. het toekomstig regeeringsbeleid, dat hij zich onderwierp en den opstandelingen aanraadde, de wapenen neer te leggen. Aguinaldo bleef loyaal en leeft thans als landheer op het platteland. In 1916 werd de reeds herhaaldelijk door Amerikaansche politici en staatslieden geuite gedachte van spoedige onafhankelijkheid bij de z.g. Jones-act in de wet vastgelegd. Men ging intusschen op handelsgebied nog veel verder. Verschillende Gouverneurs- Generaal o.m. Taft (de latere President der Vereenigde Staten) stelden de Amerikaansche zakenbelangen ernstig achter bij die van de Philippino's en andere vreemdelingen. Aan Philippijnsche producten werd voorts aanvankelijk tot een bepaalde, later tot onbeperkte hoeveelheid vrijdom van invoerrechten in de Vereenigde Staten verleend. Deze zeer gunstige voorwaarden bevorderden niet alleen een snellen groei van de cultures, doch deden mede den levensstandaard in het geheele land sterk stijgen. De handelsbalans met het moederland werd zoodoende meer en meer ongunstig voor Amerika. Talrijke Gouverneurs-Generaal wisselden elkaar na korten tijd 2) af. Zij verschilden vaak van inzicht in de wijze waarop de kolonie moest worden bestuurd, van welk verschil de Philippijnsche 768 1) Vader van den tegenwoordigen military adviser, Generaal Douglas Mc. Arthur, den organisator van de thans in opbouw zijnde Philippijnsche weermacht. 2) a 2 jaar de Amerikaansche officieren blijven ook nu nog slechts twee jaren achtereen in de Philippijnen en gaan dan terug naar Amerika.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 64