vangen. Hun gebruik blijft beperkt tot den nacht en is overdag slechts toelaatbaar, indien de bewolking zoodanig is, dat de ballons „verdekt" kunnen worden opgesteld. Onder deze omstandigheden (duisternis, bewolking) vormen zij echter een zeer waardevolle aanvulling van de luchtafweermid- delende gebruiksmogelijkheden van het luchtdoelgeschut, de luchtdoelzoeklichten en de vliegtuigen zijn dan immers beperkt, terwijl de vijandelijke bommenwerpers juist van deze, voor den verdediger ongunstige omstandigheden, gebruik zullen trachten te maken. Zoo stond men in Barcelona vrijwel machteloos tegenover nach telijke bombardementen doordat de vijandelijke vliegers des nachts op groote hoogte op de stad aanvlogen, op geruimen afstand de motoren afzetten en vrijwel geruischloos in glijvlucht tot op bomwerp-afstand van de objecten daalden. Zoodoende maakten zij het den bij de luchtdoelzoeklichten ingedeelde luisterapparaten onmogelijk, tijdig hun aanwezigheid vast te stellen waardoor het geschut steeds te laat in werking kwam. Ballonversperringen zouden aan het toepassen van deze tactiek ernstige moeilijkheden in den weg hebben gelegd. Ook bij de verdediging van kustplaatsen komen sperballons zeer goed tot hun recht omdat zich bij deze objecten de omstan digheid voordoet, dat zij van zee uit in den regel niet afdoend door luchtdoelgeschut zijn te beveiligen, aangezien veelal geen gelegenheid bestaat, dit geschut vóór het object op te stellen en een tijdige waarschuwing tegen uit zee komende vliegtuigen in den regel niet mogelijk zal zijn. Aan deze bezwaren kan worden tegemoet gekomen door op eenigen afstand uit de kust sperballons op te laten hiervoor zou gebruik kunnen worden gemaakt van prauwen, stoombarkassen e.d. Deze methode werd destijds te Venetië en wordt thans door de Engelschen, naar verluidt o.a. in de Thames-monding, toegepast. Aangezien de ballons in de lucht zeer bewegelijk zijn, moeten maatregelen worden genomen om te voorkomen, dat de kabels van de verschillende ballons verward raken. Met het oog hierop mag de onderlinge tusschenruimte niet minder bedragen dan ongeveer 200 m. Voor het berekenen van de kans, welke een vliegtuig loopt, met een ballonkabel in aanraking te komen en neer te storten, volgt men in Engeland de volgende redeneering. Indien de vleugelspan ning van een vliegtuig 25 m en de tusschenruimte tusschen de ballonkabels 200 m bedraagt, is de kans dat een kabel wordt geraakt 25/2oo of 121/2%. Bestaat de versperring nu b.v. uit 3 rijen, dan is de kans 3 X 12% 371/2%. Keert het vliegtuig terug en moet de versperring nogmaals worden doorschreden, dan bestaat er 2 X 371/2 75 kans dat het met een kabel in aanraking komt. 817/

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 21