kabel in aanraking komt bedraagt (globaal aantal te passeeren
rijen sperballons) X (kans van raken per rij)
5000 (doorsnede) 25 (vleugelspanning)
750 (tusschenruimte) 750 (tusschenruimte)
4. De verdediging van kleine objecten (spoorwegemplacemen
ten, bruggen, electrische centrales e.d.).
Voor de verdediging van deze objecten kan men als regel vol
staan met 5, in dobbelsteen-vorm opgestelde sperballons.
5. De verdediging van lange, smalle objecten (spoorwegen,
kanalen e.d.).
Lange, smalle objecten als wegen, spoorwegen en kanalen zullen
bij nacht vaak worden gebezigd als aanvliegroutes. De verdediger
zal zulks trachten te beletten door rekening houdend met de
windrichting ter weerszijden van die kunstwerken een aantal
sperballons op te laten. Het verdient aanbeveling, de versperring
van tijd tot tijd langs het object te verplaatsen.
HET LOODSEN VAN EIGEN VLIEGTUIGEN DOOR BAL
LONVERSPERRINGEN.
Wanneer binnen de ballonversperringen eigen vliegvelden zijn
gelegen, is het volgens Engelsche opvatting noodzakelijk, de zich
naar buiten of binnen begevende eigen vliegtuigen te „loodsen".
Zulks kan bij daglicht geschieden door de te volgen vliegroute aan
te duiden, o.a. door een rij ballons een bepaalden stand bijv.
hooger of lager dan de omringende te doen innemen. Bij duis
ternis dienen zoeklichten den weg te wijzen.
Wenscht een vliegtuig te worden geloodst, dan moet het zulks
kenbaar maken door een tevoren overeengekomen licht(kogel)-
of radiosein te geven. Hierdoor voorkomt men het binnenloodsen
van vijandelijke toestellen.
Het zonder ongevallen binnenloodsen is echter, vooral bij toe
passing van het „schaakbordsysteem", zeer moeilijk doordat de
stand van de kabels niet valt af te leiden uit dien van de onophou
delijk in beweging zijnde sperballons.
DE ORGANISATIE VAN SPERBALLON-VERBANDEN.
1. Materieel.
a. De ballon-eenheid.
Bij een sperballon behooren
7500 m kabel,
1 terreinauto met aanhangwagen voor het vervoer van perso
neel en materieel,
908