963
studiën kunnen een aanvang nemen. Het oog is naar voren gericht, op
de toekomst.
Toch mag naar mijn gevoelen een korte terugblik mijnerzijds op dit oogen-
blik niet ontbreken.
Toen beslist werd, dat de opleiding van beroepsofficieren hier te lande
zou worden ter hand genomen, terwijl de dag van heden als aanvangs
datum werd gesteld, restte nog een korte spanne tijds van voorbereiding.
Bij mijn aankomst hier ter plaatse, een maand geleden, vond ik veel, vooral
op het gebied van het onderwijs, dat reeds onder leiding van den Inspecteur
der Infanterie was geregeld. Gaarne wil ik hiervan gewag maken, omdat
dit aanzienlijke verlichting bracht in de mij opgelegde taak.
De huisvesting op dezen dag gereed te hebben in het voor ons liggende
gebouwencomplex bracht eenige spanning in de gemoederen. Tot vóór 10
dagen was hier nog een tehuis van de Nisvo gevestigd, dat niet eerder naar
elders kon worden overgebracht. Veel werk moest worden verzet in deze
weinige dagen om het complex om te vormen tot een militaire onderwijs
inrichting met daaraan verbonden internaat. Den 20sten September openden
de werklieden in letterlijken zin den aanval met hamer en houweel. Onder de
energieke leiding van den plaatselijken geniechef, den heer Hansen, en zijn
medewerkers, wien ik van deze plaats voor him prestaties gaarne hulde
breng, werd het gestelde doel goeddeels bereikt.
Ik zeg goeddeels, want geheel gereed kon alles nog niet zijn. Op verscheidene
plaatsen is nog afwerking, polijsting noodig. Sommige muren hebben uitslag
als gevolg van de koortsachtige haast, waarmede zij moesten worden afge
werkt, zoodat tot drogen hun geen tijd kon worden gegund. Den genoodigden,
die straks het gebouwencomplex willen gaan bezichtigen, moge ik daarom
verzoeken het critisch oog wel te willen verzachten met den bril der wel
willendheid.
Den toets der critiek behoeven echter naar mijn meening niet te schuwen
enkele wandversieringen, welke reeds konden worden aangebracht. In de
eerste plaats noem ik de crayonteekening in de lees- en schrijfzaal, welke
de toegangspoort tot het aloude gebouw Henricus van de K. M. A. te Breda,
bevattende de logiesgelegenheden en de leerzalen c.a., te zien geeft. Bij
het zien van die poort denkt men aan de duizenden jongemannen, die hoop
vol, vervuld van idealen, maar toch ook met een eenigszins bang gemoed,
daar binnen gingen. Doch tevens aan even zoo velen, die him studiën met
een succesvol eindexamen bekroond hebbend in jeugdige onstuimigheid de
helling afrenden, naar buiten stoven, het breede leven tegemoet. Den Heer
Frank, die in een korte spanne tijds met vaardige kunstenaarshand deze
kostelijke herinnering heeft gewrocht, moge ik veel dank weten voor zijn
hoogelijk gewaardeerde welwillendheid dit stuk aan de Academie te schenken.
Dan vermeld ik nog de keurige luchtfoto's, welke ik mocht ontvangen
van de Militaire Luchtvaart. Slechts een deel daarvan kon op tijd zijn
ingelijst om reeds heden de wanden der Academie te sieren. Den Inspecteur
der Militaire Luchtvaart moge ik recht dank zeggen voor deze aanwinst.
Dat het zien dezer foto's in de bewoners van de Academie het verlangen
moge opwekken naar hooger sferen en zoo bijdragen tot vorming van hun,
in deze tijden ontbeerlijk te achten, air-mindedness.
Cadet-vaandrigs
Gij hebt de opleiding tot reserve-officier reeds achter den rug. Het militaire
leven met zijn eischen en verplichtingen is U niet onbekend.
Nieuw voor U is, dat gij straks Uw studiën gaat voortzetten en vervol
ledigen om de positie van beroepsofficier te kunnen verwerven.
Het corps beroepsofficieren moet worden aangemerkt als de kern van
het leger. Het zijn beroepsofficieren, die het kader vormen het kader geeft
zijn van hen ontvangen vorming van kennen en kunnen door aan den troep.
Zij dragen de oefening en de training van den troep in al zijn lagen. Het
zijn beroepsofficieren, die de a.s. reserve-officieren opleiden en opvoeden tot
aanvoerders.