ANDEREN OVER ONS. Bij het bezoek dat eenige Amerikaansche journalisten brachten aan verschillende gebieden om den Pacific, waaronder ook Nederlandsch-Indië, teekende het A.I.D. aan 982 2. Corruptie in de Fransche pers, industrie en bankwereld en het regee- ringsapparaat. 3. Zwakke leiding, gebaseerd op de negatieve gedachte dat defensie de beste aanval is en de vrede kan worden verzekerd door een politiek van bedaring. 4. Openlijke fascistische en semifascistische sympathieën en verraderlijke samenzweringen onder prominente rechtschen. 5. Gebrekkige samenwerking met Groot-Brittannië, in diplomatiek op zicht vóór het uitbreken van den oorlog en in militair opzicht tijdens den oorlog. 6. Zelfzucht, luiheid, gebrek aan samenwerking tusschen verschillende klassen en partijen en gebrek aan den wil om te winnen onder de politici van wie velen zuiver opportunisten waren. 7. Ontevredenheid met de democratische idealenslechts weinigen in Frankrijk geloofden nog ergens in. Zij hadden alle vertrouwen verloren. Zij waren teleurgesteld im 'hun eigen vaderlandsliefde. Zij geloofden in de democratie zooals deze in Frankrijk werd toegepast - niet genoeg om er voor te vechten. 8. Ten slotte, en bovenal, het aangeboren fatsoen en de vredelievend heid van het Fransche volk beroofden het van de kracht welke noodig is voor een overwinning. Democratieën zijn niet in staat een totalitairen oorlog te voeren tegen een totalitairen staat, tenzij zij er op voorbereid zijn zich met den tota litairen staat te meten op het stuk van nationale eenheid van inspanning, discipline en opoffering. Deze tragische tijden eischen hard materiaal. De democratieën moeten vechten met beteren geest, een sterkeren wil en grooter vertrouwen, indien zij willen hopen den strijd te winnen Uit verschillende gesprekken met deze collega's bleek ons wel zeer duidelijk hoe volslagen onvoldoende de voorlichting is, welke in Amerika gegeven wordt over Nederlandsch-Indië. De meesten dezer ervaren publi cisten verkeerden in de meening in een land te komen, dat in ieder opzicht was neergeslagen door de gebeurtenissen in het moederland. „War orphaned"- Java is de naam, waarmee in tal van Amerikaansche kranten Neder- landsch-Indië geregeld wordt aangeduid. Men drukt daarmee ongetwijfeld een zekere sympathie uit, doch tevens het oordeel, dat wij hier een gebied vormen, dat met moeite zijn plaats bepaalt in de wereld rondom ons. Met een enkele uitzondering verkeerde een ieder in de meening, dat deze landen zoo goed als onverdedigd waren en dat er geen sprake van zou kunnen zijn, dat wij ons met eenige kans op succes op eigen kracht zouden kunnen verzetten tegen een krachtigen aanvaller. Het was vooral daarom zoo goed dat men hen in de gelegenheid heeft gesteld kennis te nemen van de kracht onzer defensie-middelen. Uit den tekst van verschillende telefoongesprekken van Bandoeng uit met de Amerikaansche redacties gevoerd en uit dien van hier uitgezonden tele grammen is ons gebleken, dat zij onder den indruk waren van den ernst, waarmee Nederlandsch-Indië werkt aan de verdediging van dit gebied. Nederlandsch-Indië moge dan in staatkundigen zin een „oorlogswees" zijn, het is geenszins het hulpelooze schepsel, dat zij zich hadden voorgesteld hier te vinden. Onze „pocket-navy" te Soerabaia had een diepen indruk op hen gemaakt men voelde, zoo zeide een der gasten, dat het materiaal

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 94