snelheid in een constanten koers varen. Bij koers- en (of) snel
heidsveranderingen moet de vuurleider ingrijpen en correcties
toepassen vóórdat zijn meetorganen de nieuwe gegevens hebben
bepaald'. Dit ingrijpen wordt bemoeilijkt, doordat vrij zeker één
of twee lagen door de ontstane fout in de zijdelingsche richting
geen afstandwaarneming toelaten. Uit het voorgaande volgt, dat
van relatief stilzetten van het doel geen sprake is.
Bij de directe richting wordt de zijdelingsche richting naar de
trefplaats zuiver bepaald. Hierbij wordt ook met den vluchttijd
naar de trefplaats rekening gehouden. Verandert het doel van
koers of snelheid, dan zullen de aanslagen, zoodra de nieuwe
doorzeiling is ingevoerd, van zelf weer op het doel terugkomen.
V.w.b. de zijdelingsche richting wordt het doel derhalve wel
relatief stilgezet.
3. Vergelijking van beide systemen.
Ter wille van een goed overzicht, zijn hieronder de voordeelen
van het nieuwe systeem boven het bestaande in staatvorm naast
elkaar geplaatst.
1011
NIEUW SYSTEEM.
1. Snelle vuuropening.
Daar de trefgegevens mechanisch
worden geconstrueerd, is zoowel bij
de directe als indirecte richting een
snelle vuuropening met de juiste ge
gevens mogelijk40° a 60" nadat met
meten is aangevangen, kan het vuur
worden geopend.
2. Er wordt onmiddellijk met uit-
werkingsvuur begonnen.
3. De indirecte richting is even
nauwkeurig als de directe.
Bij slecht zicht of bij inneveling
van batterij en cop. kan normaal
worden doorgevuurd, zoolang de bat
terij nog over een groote basis be
schikt, die het doel kan zien.
4. Overgang van de indirecte naar
de directe richting kost geen tijd.
Dit voordeel waarborgt des nachts
eeD snelle vuuropening, daar de doel-
BESTAAND SYSTEEM.
1. De trefgegevens moeten worden
berekend. Een zuivere bepaling van
de trefplaats is niet mogelijk. De
vuuropening vindt plaats 100" a
120" nadat met meten is begonnen.
2. Er moet eerst worden ingescho
ten. Bij de indirecte richting wordt
bovendien de kans geloopen, dat de
eerste laag door een zijdelingsche fout
voor de waarneming van het plus of
min verloren gaat.
3. De zijdelingsche richting is slechts
nauwkeurig bij de directe richting.
Bij slecht zicht of bij inneveling
van batterij en cop. is de batterij
practisch uitgeschakeld, ook al is een
groote basis aanwezig.
4. Daar de vuuropening bij het
bestaande systeem veel tijd kost, ter
wijl bovendien de zijdelingsche richting
bij toepassing van de indirecte richting
