3. De bepaling van trefajstand en trefrichting. De beginafstand kan op twee manieren worden gevonden nl. door op het moment, dat de vuurleider het systeem in werking wil stellen, een afstandmeting op het doel te laten verrichten en dezen afstand door te geven naar den trefplaatsbepaler, of door dezen afstand op den afstandsverloopbepaler te laten aflezen. De bedienaar van de trefplaatsbepaler stelt den beginafstand in met het daarvoor bestemde handwiel. (Het vuurleidingstoestel is zoo gebouwd, dat meetafstand en meetrichting, hetzij op den meetplaatsbepaler, hetzij op den trefplaatsbepaler kunnen worden ingesteld.) De volgende meetafstanden worden gevonden door de potloodstreep, die den laatsten meetafstand aangeeft, na elk meettempo te brengen tegenover den ondersten index van den afstandsverloopbepaler en vervolgens opnieuw te puncteeren. De trefafstand wordt op dezelfde wijze bepaald als bij toepassing van de groote horizontale basis. De vluchttijd naar de trefplaats wordt dus juist gegeven. Deze handeling komt dus hierop neer, dat men bij den voorgaanden meetafstand mechanisch een bedrag van meettempo X afstandsverloop optelt. Ook de zijdelingsche richting wordt op dezelfde wijze bepaald als bij de groote horizontale basis, echter met dit verschil, dat men de meetrichtingen instelt op den trefplaatsbepaler in plaats van op de meetplaatsbepaler. De zijdelingsche richting wordt derhalve steeds zuiver gegeven. B. Een vergelijking tusschen beide systemen bij gebruik van de korte horizontale basis. Alvorens tot een vergelijking van beide systemen over te gaan, zullen wij de grondbeginselen, waarop het nieuwe systeem berust, in het kort aangeven. (Die van het bestaande systeem zijn dezelfde als bij gebruik van de groote horizontale basis.) 1. Grondbeginselen van het nieuwe systeem. Daar de opeenvolgende meetafstanden worden gevonden door bij den voorgaanden een bedrag van vuurtempo X afstandsverloop op te tellen, zal het doel v.w.b. den afstand langzaam onder het vuur uitloopen. De vluchttijd naar de trefplaats wordt juist bepaald. Bij koers en snelheids veranderingen van het doel komen de juiste gegevens voor het afstandsverloop echter te laat binnen, zoodat de vuur leider ook hier op de waarneming van aanslagen gebaseerde correcties moet geven. V.w.b. den trefafstand zet het vuurleidings systeem het doel dus niet relatief stil. Het bepalen van de zijdelingsche richting geschiedt op dezelfde wijze als bij toepassing van de groote horizontale basis. Zijdelings 1013

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 28