en reizen kan hij niet. Is hij dan niet het sterkste voorbeeld,
dat wie het slechte najaagt niet gelukkig, maar innerlijk dood
ongelukkig wordt
Het spreekt vanzelf, dat wij dit met reserve lezen wij zijn nu
2000 jaar verder. En daarom staan wij stil bij de conclusie, dat
de aristocratie de beste regeeringsvorm is. Dit is natuurlijk niet
meer juistde oude geschiedenis stond niet voor de groote pro
blemen van de economie van tegenwoordig, waarbij de millioenen
arbeiders een geheel andere rol spelen dan vroeger het volk.
Het gaat ons hier meer om Plato's uitspraak over de democratie,
„die vrijheid misbruikt en op anarchie uitloopt". Het beeld, dat
de wereld thans biedt, doet ons óók denken aan de ontsporing
van de democratie. Zij moet te meer verbijsteren omdat de grond
slag van de democratie toch zoo zuiver is „democratie, een
bestuursvorm eener collectiviteit (lees staat) met zelfbestuur,
waaraan een groot deel harer leden, hetzij direct, hetzij indirect
deelneemt en waarbij geestelijke vrijheid en gelijkheid voor de
wet gewaarborgd zijn en waarbij de leden van haar geest door
trokken zijn".
Vergelijken wij Macchiavelli's theorieën hiermede, dan is het
toch niet twijfelachtig, wat goed, wat kwaad is. Het moet ons dan
ook onmogelijk voorkomen, hetgeen ons toch goed toeschijnt,
tot ondergang gedoemd te zien. Inderdaad gelooven wij hierin
ook niet, maar wij willen, nóch mogen de vraag voorbijzien, of
de menschheid zich dezen rijkdom reeds waardig toonde. Kostbaar
goed werd het volk in handen gegeven, de volkssouvereiniteit.
De vraag rijst, of hier beperking, meer matigheid, past in het
verstrekken van dit goedof het volk de rijpheid bezit, het
naar behooren te beheeren. Is er bij de massa voldoende belang
stelling voor om het te begrijpen Welke moeilijkheden biedt
het systeem voor verschillende belangengroepen
Van de égalité is niet veel terechtgekomen. De liberté is dik
werf ontaard, doch daarvan bleef tenslotte nog het meest be
houden. De fraternité bleek een fictie. En dit slaat niet op Frankrijk
alleen dat is duidelijk.
Nederland bijvoorbeeld bevocht zijn vrijheden evenzeer. De
woelige periode tegen het midden der vorige eeuw, waarin de
strakke regeeringsvorm van Koning Willem I moest plaats maken
voor een meer en meer democratisch stelsel, is er het bewijs van
Overal hebben wij de in beginsel zoo schoone begrippen zien
ontaarden. Slechts in de landen, waar de volkswelvaart groot was,
waren de gevolgen minder noodlottig. Maar niet alleen de ver
schillen in volkswelvaart waren van invloed ook het tempera
ment van de bevolking speelde een rol.
1103
Prof. Mr. Bonger„Problemen der democratie".