De Kachin zijn aristocratisch georganiseerd, de leiding berust
bij adellijke families. De adat is verder, dat de jongste zoon de
bezittingen erft maar de ouderen het stamgebied moeten verlaten,
vergezeld van een deel der van de familie afhankelijkendit
dwingt natuurlijk tot landverhuizen. De andere volken kennen
practisch geen adel, maar werden of worden direct door konings
families autocratisch bestuurd.
Het spreekt vanzelf, dat het contact met het Westen en de wes-
tersche cultuur hier zeer eigenaardig moet werkenbasis en
aanknoopingspunten ontbreken immers nog meer dan in China en
Japan. Het merkwaardige is verder dat men, ofschoon er in deze
contreien de eeuwen door zoo bloedig werd gevochten, toch in
geen enkel geval van werkelijk krijgshaftige volken mag spreken.
De vorsten dwongen hun onderdanen met geweld tot den krijgs
dienst, waaraan die onderdanen zich als het even kon ook met
alle middelen wisten te onttrekken. Het gewone verschijnsel doet
zich daarbij voorde wilde bergvolken uit het noorden zijn meer
gebrand op den strijd dan de rijstbouwers uit de vlakte. Zoo
schijnen de Burmanen betere soldaten te zijn dan de Thai, maar
het kan zijn, dat hier de Britsche leiding en aanvoering een
woord meespreken.
In de vorige aflevering van dit tijdschrift werd reeds een uit
voerige beschouwing gewijd aan Indo-China. Wij kunnen er ons
hier dus toe bepalen, iets naders betreffende Thailand en Burma
mede te deelen, waarbij we het Maleische schiereiland buiten
beschouwing kunnen laten, aangezien de weerkracht daarvan
geheel wordt bepaald door de vesting Singapore en de troepen,
die Engeland voor de verdediging kan missen.
THAILAND.
Nadat het een groot gedeelte van zijn historie in strijd met de
Burmanen had doorgebracht, ving de moderne geschiedenis aan
met het aan de macht komen van generaal Chakri, den stamvader
van de tegenwoordige dynastie. Aangezien de regeeringsvorm tot
1932 volkomen absolutistisch was, waren paleisrevoluties aan
de orde van den dag tot met Koning Chulalongkorn in 1868 een
nieuwe area begon.
Tijdens zijn lange regeering heeft hij contact met het Westen
gezocht, buitenlandsche adviseurs in dienst genomen en gepro
beerd zijn land te moderniseeren. De met de verschillende mogend
heden gesloten verdragen waren echter in zooverre eenzijdig, dat
zij voor de buitenlanders een bijzondere positie bedongen, zoodat
de exterritorialiteit regel was, net als thans nog in China en voor
1911 in Japan. Dit is eerst onlangs door het sluiten van nieuwe
handelsverdragen veranderd. Het absolutisme eischt krachtige
figuren op den troon, vooral in Siam, waar men zelfs geen erf
recht kende. Wel volgde meestal de oudste zoon den vader op,
1147