4 X 2 ld. Bovendien nog een paar moderne flottillevaartuigen van 1400 ton, twee mijnleggers en enkele torpedomotorbooten. In totaal dus geen formidabele vloot, maar in elk geval toch wel met eenige waarde. Als aanvulling voor een beschermende natie ook niet zonder beteekenis. In dit verband zijn de vraag van een Japansch parlementslid en het daarop door den minister van marine gegeven antwoord van veel belang. De afgevaardigde wilde n.l. weten, of de aan Thailand geleverde oorlogsschepen wel waren betaald, waarop het antwoord luidde, dat dit inderdaad niet het geval was, doch ook verder niet in de bedoeling lag. Aangezien altruïsme onder de staten tot dusver in de wereldgeschiedenis nog niet is voorge komen, zal Nippon er wel voor hebben gezorgd, op de een of andere wijze te worden schadeloos gesteld. Het kan natuurlijk ook zijn, dat men op die manier aan een stille reserve aan oorlogs schepen wilde komen, die in oorlogstijd dadelijk door Thailand ter beschikking van Japan zou worden gesteld (vergelijk de Man- sjoekwosche vloot). Men leidt verder in Japan Siameesche marine officieren op. Summa summarum kan men constateeren, dat alleen de Sia meesche luchtmacht eenige offensieve beteekenis schijnt te heb ben. Iets anders is natuurlijk, dat de Thailandsche strijdkrachten aan waarde winnen wanneer Indo-China of inwendig gedesorga niseerd zou worden of de handen vol zou hebben met een anderen vijand. Daar schijnt de politiek van de huidige regeering min of meer op te zijn gebaseerd. Zij eischt met steeds grooteren nadruk den afstand van het verloren gebied of laat dien door demon stranten eischen, al verklaart men ook herhaaldelijk, geen geweld te zullen gebruiken. De juiste verhouding tusschen Thailand en Japan is niet bekend, wellicht is zij toch minder innig dan uit vele kleinigheden zou moeten blijken. Het kan immers zijn, dat men in Bangkok bezig is te probeeren op het winnende paard te wedden, maar nog niet weet wie het eerst over de eindstreep zal gaan. In Tokyo herinnert men er gaarne aan, dat in de zestiende eeuw, nog voor de sluiting van het land, Japan aardig op weg was, zich van Siam meester te maken. Misschien wijst men er wel eens een enkele maal te veel op. Het is duidelijk dat, met het toenemen van den Japanschen invloed in Indo-China, men de Thailanders wel zal dwingen, zich met Nippon te verstaan. Het moet natuurlijk opvallen, dat zoowel de inrichting van de vliegvelden langs de grens met het Fransche gebied als de loop der spoorlijnen van een bepaalde strategische gedachte uit schijnt te gaan. Men is trouwens den oorlog van 1893 met Frankrijk en het toen verloren gegane gebied nog niet vergeten, al mogen de historische claims, die men tot staving van bepaalde wenschen aanvoert, wel 1151

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1940 | | pagina 75