99 worden indien de Amerikanen er toe zouden overgaan, een divisie zware Amerikaansche kruisers naar de Australische wateren te zenden, een besluit, dat naar onze meening direct genomen dient te worden. Wij hebben er dus op gewezen, dat een aanval uit zee geen kans van slagen heeft en voorafgegaan zou dienen te worden door een verovering van Manila en Hongkong en verdere operaties tegen Borneo, welke operaties onze vloot den noodigen tijd zouden verschaffen om tijdig te arriveeren en Singapore nog onaangetast te vinden. Nu willen wij een aanval uit de lucht bespreken. Laten wij eens naar Gibraltar kijken, waar de marinebasis is, die veel meer blootgesteld en minder goed verdedigd is vooral voor de verdediging uit de lucht dan Singapore. Gibraltar ligt op een afstand van slechts 800 mijl van de Italiaansche basis Cagliari. De Britsche basis wordt nog steeds gebruikt, hoewel zij veelvuldig aangevallen wordt. De bases in de Britsche eilanden zijn nog steeds in gebruik, hoewel zij veel van de Duitsche luchtmacht te lijden hebben een machtiger tegenstander dan de Japansche luchtmacht die van bases opereert, welke veel dichter bij gelegen zijn. Zelfs Malta is nog steeds in Engelsche handen en wordt nog voor verschillende doeleinden gebruikt, terwijl de afstand tot Sicilië slechts 60 mijl bedraagt. Singapore zou zoo nu en dan aangevallen kunnen worden door vlieg- booten of vliegtuigen van een vliegtuigmoederschip, doch daar er in Singapore 400 vliegtuigen zijn en waarschijnlijk een evengroot aantal in Malakka, is het de vraag of een dergelijke aanval den Japanners succes op zou leveren. Dus blijft er slechts de mogelijkheid van een expeditie te land over, te beginnen in Fransoh Indo-China. De theorie luidt als volgt. Na Indo-China onder den voet geloopen te hebben (hetgeen nog niet geschied is, daar de Japanners slechts in een klein gedeelte van Tonkin de baas spelen en niet in een van de andere vier deelen) zullen de Japanners vervolgens Thailand veroveren (wat lang niet mee zal vallen) om dan met Thailand's hulp door het schiereiland Malakka te trekken om Singapore in te nemen. Maar tot heden toe zijn de Japanners nog niet bij de grens van Thailand en bevinden de Engelschen zich langs de heele westgrens van dat land. De Engelschen hebben vijf divisies in Burma en kunnen uit Britsch-Indië meer troepen over zee aanvoeren. Troepenbeweging van Burma naar Bangkok is tamelijk gemakkelijk, terwijl penetratie door Indo-China naar Thailand moeilijker is, behalve in het uiterste zuidelijke deel, dat de Japanners nog niet bereikt hebben. Men zou verwachten dat de Thailanders eerder op een Engelschen druk zouden reageeren, dan op een Japanschen en dat een Japansche invasie in Thailand door de Engelsche zou kunnen worden verhinderd. Hierbij dient echter opgemerkt te worden, dat het Britsche Rijk vijf zesde van Thailand's export afneemt en de V. S. twee-derde van den resteerenden export, zoodat de economische motieven samenvallen met de militaire. Maar verondersteld zelfs, dat de Japanners in zooverre hun doel zouden bereiken, dat zij Thailand zouden kunnen bezetten, dan beschikken zij nog niet over de directe treinverbinding tusschen Hanoi en Saigon of over een verbinding tusschen Saigon en Bangkoken verondersteld, dat de Japanners in staat zouden zijn, een groote troepenmacht in Bangkok te verzamelen, dan zouden zij deze troepen gedeeltelijk over zee moeten ver voeren, daar het zuidelijk deel van China, grenzend aan Tonkin, te land niet in directe verbinding is met de Japansche hoofdtroepenmacht in China, doch over zee aangevuld moet worden. En aangenomen, dat de Japanners ten slotte al deze moeilijkheden overwonnen hebben, dan moeten zij nog een afstand van 1000 mijl afleggen door het nauwe, woeste schiereiland Malakka om Singapore te bereiken. De Japanners zouden dan den tegenstand van de Engelsche troepen in Burma, welke tegen dien tijd met Indische troepen versterkt zullen zijn en zich in het schiereiland ingegraven hebben, hebben te overwinnen zij zullen weerstand moeten bieden aan de bombardementen der Britsche lucht-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 103