tooid, geen jaar zonder eenige krijgsverrichting voorbij vaak moest in verschillende gebieden tegelijk worden gestreden niet steeds kon de overwinning onmiddellijk worden behaald en dik wijls ook moest na verloop van tijd andermaal worden opgetreden in een landstreek, die tevoren reeds het tooneel van strijd was geweest. Hoe vaak in de vorige eeuw de oorlogstrom werd ge roerd, blijkt wel uit het feit, dat alleen al een simpele opsomming der jaren, waarin krijgsverrichtingen voorvielen, hier te veel plaatsruimte zou vergen En indien uit die indrukwekkende lijst hierna toch eenige jaartallen worden vermeld, dan is dat minder wegens de belangrijkheid van de daarin gevoerde acties, doch meer met doel, een indruk te geven van de enorme uitgestrektheid, waarop het Indische Leger moest ageeren. 1818 Cheribon 1856 Molukken 1820 Riouw 1865 S.O.K. 1822-47 Padrie-oorlogen 1867 Celebes 1824 Boni 1873 Begin Atjeh-oorlog 1825-30 Java-oorlog 1878 Zuid-Flores 1832 Krawang 1882 Z. en O.-Borneo 1849 3de Bali-expeditie 1885 Djambi 1851 Ceram 1889 Nieuw-Guinea 1853 W.-Borneo 1894 Lombok In al die jaren en in al die verschillende landstreken streden schouder aan schouder, vereenigd onder Neerland's dierbare vlag, officieren naast minderen, Europeanen naast Amboineezen, Java nen, Afrikanen, Menadoneezen, Madoereezen, Timoreezen en andere landaarden. De heterogene samenstelling heeft nimmer de waarde van het leger als strijdinstrument aangetast Dit leger, ons leger, heeft zich steeds gekenmerkt „door discipline, plichts besef, onverschrokkenheid, doodsverachting, door geestkracht en doortastendheid, door zelfopoffering en zelfverloochening, door volharding en vastberadenheid, door gehoorzaamheid en kameraad schappelijke trouw, door lijden en dulden, door geoefendheid, beleid en voortvarendheid, zoowel van de aanvoerders als van de ondergeschikten." x) Wanneer wij in gedachten langs de gelederen van het Indische Leger uit die tijden blikken, doemen uit de nevels van het verleden tal van bekende gestalten op officieren en soldaten, wier namen door betoonden moed voor eeuwig aan de vergetelheid zijn ontrukt. Doch wij zien ook de groote, wazige groep onbekenden, die wel licht even wonderlijk stoutmoedige daden hebben bedreven, even wel zonder de lauweren van den roem te mogen plukken. Zij allen hebben echter hun plicht gedaan en dikwijls meer dan dat. In zijn reeds aangehaald boekwerk heeft de luit.kol. Booms, Ridder M.W.O. 4de kl., vele schitterende daden opgeteekend, welke getui genis afleggen van de bovenaangehaalde kenmerkende eigenschap- 15 Booms, Neerland's Krijgsroem in Insulinde.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 19