15". Zij kunnen voor het vaststellen van de trefplaats 2 niet meer
worden medegenomen. Op A -j- 20" staan de stukken gericht
op de trefplaats 2 de correcties worden nu aangebracht hetgeen
de trefplaats 2 a.h.w. verplaatst naar de trefplaats 2a. Op A
40" staan de stukken met de nieuwe gegevens gericht op de
trefplaats 3a.
Op dit moment wordt afgevuurd. De aanslagen worden 20"
later zichtbaar, dus op A -j- 60". Tusschen de aanslagen A en
B ligt derhalve een tijdsruimte van 60".
d. De eischen, aan de vuurleiding te stellen.
Bij de onder a t/m c aangegeven schietmethode moet de vuur
leiding in staat zijn, de volgende gegevens snel te bepalen.
Ie. Uit den afstand en richting zijpostdoelden meetafstand en
de meetrichting voor het directiepunt.
2e. Uit den geschatten koers, de gemeten doorzeiling en den
geschatten afstand zijpost--doel: den koers en de snelheid van
het doel. Bovendien moeten deze gegevens, zoodra de meet
richting en meetafstand bekend zijn, snel worden ontbonden
in afstandsverloop en doorzeiling in duizendsten voor het
directiepunt.
3e. De grootte van de Ca.
4e. De zijdelingsche en afstandcorrecties voor de batterij, bij een
sprong in de waarnemingslijn a meter.
5e. De doelsnelheid op een bepaald oogenblik (herbepaling).
ad 1. Op den meetplaatsbepaler wordt inplaats van den draad,
welke normaal bij de meting met groote basis wordt ge
bruikt, een dunne plexiglazen liniaal, voorzien van afstands-
verdeelingen en een verschuifbaren index, in de ligplaats
van den zijpost geplaatst. Zoodra de richting en de afstand
zijp.doel bekend zijn, wordt de index op de liniaal gesteld
voor den afstand zijpostdoel, en de liniaal zelf gelegd op
de azimuthrichting zijpostdoel. Hierna brengt men het
cirkeltje door draaiing, aan de hand wielen voor meet
richting en meetafstand boven den index, waarna meet
afstand en meetrichting mechanisch zijn bepaald, en tege
lijkertijd ingesteld op den trefplaatsbepaler.
ad 2. De koers en snelheid van het doel worden bepaald met
behulp van den koers- en snelheidsbepaler. Dit instrument
berust op het volgende grondbeginsel.
In figuur 20 zijn A de commandopost, B de zijpost, en
D het doel. Aannemend dat het doel zich één secunde
later in Di bevindt, geeft de hoek DBD, (a>2) den hoek
aan, waarin het doel zich, uit B gezien, in één secunde
heeft verplaatst. co2 stelt derhalve de doorzeiling voor in
°/oo per secunde, gemeten uit zijpost B. Op overeenkom-
24