6. DE OPENING VAN DE BANDOENGSCHE HOOGERE
KRIJGSCHOOL.
Den 2den December 1940 had voor de tweede maal in de ge
schiedenis van het Koninklijk Nederlandsch-Indische Leger te
Bandoeng de opening plaats van de tijdelijk in deze gewesten
ingestelde Hoogere Krijgsschool, thans ondergebracht in een
voormalige officierswoning, gelegen naast de Koninklijke Mili
taire Academie.
Daar deze opening niet in het openbaar plaats had, doch slechts
een intern karakter droeg, volstaan wij met vermelding van de
redevoeringen, uitgesproken door gnl.-mj. ter Poorten, Chef van
den Generalen Staf, en mj. Mantel, Directeur van de H. K. S.
Generaal ter Poorten sprak als volgt
31
Mijne Heeren.
Het is mij een voorrecht U allen hier bijeen te zien en welkom te heeten
ter gelegenheid van de opening van de H. K. S., welke eenvoudige plechtig
heid heden plaats heeft.
Het zijn wel droeve omstandigheden, welke het legerbestuur genoopt
hebben tot opening van een H. K. S. in Bandoeng over te gaan. De mis
dadige inval van een bende gemechaniseerde moordenaars in ons Vaderland,
dat na wanhopigen strijd door den vijand werd vermeesterd en bezet, deed
de mogelijkheid verloren gaan dit zoo onmisbare instituut, dat reeds ruim
zeventig jaren in Nederland heeft voortbestaan, ook thans nog dienstbaar
te maken aan de hoogere vorming van officieren ten behoeve van den
stafdienst, de hoogere troepenaanvoering en de legerverpleging. Deze onmis
baarheid is de oorzaak geweest, dat de legerleiding niet heeft geaarzeld
zoo spoedig mogelijk de gelegenheid voor deze gespecialiseerde opleiding
in Indië zelf voort te zetten, toen het Nederlandsche instituut haar ontviel.
Ik mag er in dit verband op wijzen, dat het heden de tweede maal is
in de geschiedenis van het Kon. Ned.-Ind. Leger, dat de studiën aan de
H. K. S. in Nederlandsch-Indië plaats hebben. Ook in 1918 werd te
Bandoeng een H. K. S. geopend, omdat in den vorigen wereldoorlog, waarin
Nederland weliswaar niet belligerent was, de voortdurende oorlogsbedrei
ging het onmogelijk maakte de studiën ongestoord in Den Haag voortgang
te doen vinden, aangezien al het benoodigde personeel bij het gemobiliseerde
leger vertoefde,terwijl bovendien een geregelde uitwisseling van officieren
tusschen Nederland en Nederlandsch-Indië evenmin kon plaats hebben.
Toentertijd heeft men lang geaarzeld en lang gewacht alvorens den leergang
in Indië te openenEenerzijds hield dit verband met de voornamelijk in
financieele en economische kringen algemeen gepropageerde opinie, dat de
in Augustus 1914 losgebroken oorlog nooit lang zou kunnen duren, ander
zijds waren ook interne moeilijkheden tusschen het Nederlandsche en het
Nederlandsch-Indische legerbestuur in verband met personeele kwesties
de oorzaak van dit uitstel. Toen ten slotte de H. K. S. in 1918 werd
geopend, heeft zij geen lang bestaan gehad in 1919 werd zij weder opge
heven. Ik doe in geen enkel opzicht te kort aan de waardeering en de hoop
volle gedachten, welke thans de opening van de H. K. S. vergezellen, indien
ik hierbij de hoop uitspreek, dat ook ditmaal haar levensbestaan in Ned.-
