met de bestrijding van de aanvallende tanks, zich aan de uitwer
king van den vechtwagenaanval onttrekken door zich te dekken en
zich tijdens dien aanval gedekt te houden. Elke beweging stelt
bloot aan de vuuruitwerking van de gepantserde aanvallers elk
op hen gericht vuur heeft niet alleen geen uitwerking, doch trekt
juist hun vuur aan. Zijn de aanvallende vechtwagens voorbij, dan
komt de taak der verdedigende infanterie tot haar rechtden
vijand het betreden van het stellingterrein te ontzeggen.
ad 2e. Valt de infanterie gelijktijdig met de vechtwagens aan,
dan zal de vorengeschetste gedragslijn niet geheel kunnen worden
gevolgd. Echter geldt ook dan zoo lang voor de vechtwagens dek
ken als de afweer van 's vijands infanterie toestaat. Wegloopen
tijdens een vechtwagenaanval staat gelijk met zelfmoord.
ad 3e. Valt 's vijands infanterie vóór de vechtwagens aan, dan
volvoert de verdediger op normale wijze zijn taak aan de even
tueel door pioniers gesteunde aanvallende infanterie te beletten,
de hindernissen over- of doorschrijdbaar te maken voor achtervol
gende vechtwagens en de afweerwapens tegen ontijdige vernie
tiging te beschermen.
Aanvallen van vechtwagens kunnen op werkzame wijze worden
bestreden door tegenstooten, uitgevoerd door eigen tanks. De
aanvaller zal uiteraard trachten, zich hiertegen te beveiligen en
wel door om de gedachte te bepalen, op hoogstens 500 m
achter zijn infanterie pantserafweergeschut te laten volgen.
Bij de marsch- en de rustbeveiliging zal het zwaartepunt thans
moeten worden gelegd op den afweer van gepantserde voertuigen,
welke bij het doordringen veel onheil kunnen stichten.
Tijdens marschen dienen de afweerwapens over de marsch-
colonne te worden verdeeld. Bij de voor- en achterhoeden zal men
bijv. een sectie indeelen. Van de rest verplaatst een deel zich
sprongsgewijs langs den marschweg, ter voorziening in de bevei
liging van défilé's, wegenkruispunten, enz., welke de colonne door-
of voorbij trekthet andere deel volgt sprongsgewijs op de flanken
ter beveiliging daarvan.
Bij een (evenwijdige) vervolging zal direct achter de voorste
afdeelingen steeds pantserafweergeschut moeten volgen voor het
opvangen van vijandelijke tegenstooten, ingezet om aan 's vijands
achterhoede tijdelijk lucht te verschaffen, en ter bestrijding van
vechtwagens of pantserauto's, die 's vijands terugtocht dekken.
Bij een vertragende actie moeten afweerwapens bij de achter
hoede worden ingedeeld om haar te beschermen tegen vijandelijke
pogingen, langs de wegen een doorbraak te forceeren, en tegen
in het zijterrein ingezette vechtwagens. Daartoe behoort de ach-
terspits doorloopend de beschikking te hebben over een sectie
terwijl de overige sectiën zich zoodanig sprongsgewijs verplaatsen,
dat in elke volgende opname-stelling afweergeschut gereed staat
alvorens de wapens uit de vorige stelling worden teruggetrokken.
130