selen vastgesteld, die de werkbasis van onze tactiek vormen. Als aangewezen behandelingswijze der oorlogsverwondingen wordt hier „de chirurgische wonddesinfectie binnen den critieken tijd" aangegeven, zoo mogelijk gevolgd door primaire wondsluiting, welke behandeling plaats zal moeten vinden in een hospitaal, waar verpleging gedurende het wondsluitingsproces, te rekenen op een duur van 7 tot 14 dagen, mogelijk is. Hiermede is het uiteindelijk doen van onze medisch-tactische maatregelen scherp omschreven het impliceert voor al onze han delingen op het gevechtsveld den eisch van snellen afvoer naar de zoo juist bedoelde ziekeninrichting. De tweede groep der evengenoemde elementaire gegevens voor ons medisch-tactisch handelen, de ons ter beschikking staande hulpmiddelen, moge ik hier stilzwijgend voorbijgaan. Slechts zij opgemerkt, dat het vanzelf spreekt dat een grondige kennis van de organisatie van den militair geneeskundigen dienst en van de mogelijkheden der ons ter beschikking staande afdeelingen, voor den arts een absoluut vereischte is, om deze hulpmiddelen met het grootst mogelijke nuttig effect te kunnen inzetten. Zoo komen wij thans aan hetgeen, wat ik mij als voornaamste onderwerp heb gekozen de aanpassing van de medische eischen aan den tactischen toestand. En de eerste vraag, die zich bij ons opdringt is hoe is de positie van den officier van gezondheid in het legeronderdeel, waartoe hij behoort, en op welke wijze wordt het hem mogelijk gemaakt, zijn medisch-tactische maatregelen te treffen De arts behoort tot den staf van zijn onderdeelhet O.V.G.D. legt de verhouding van hem tot zijn commandant vast in een drie tal punten, die den grondslag der samenwerking tusschen beiden bepalen en daarom voldoend belangrijk zijn om hier te worden geciteerd Fraaier dan in dit artikel komt de verhouding in een staf tot uiting in het Gevechtsvoorschrift voor de Infanterie, art. 91 (2) 142 art. 3 (5) Hoewel de commandant van een troepeneenheid degene is, die inzake de geneeskundige verzorging van zijn troep de beslissing neemt, is hij gehouden, indien noodig, daarbij den raad in te winnen van den arts bij zijn troependeel. (6) Aan den anderen kant is de arts verplicht inzake de genees kundige verzorging en den algemeenen gezondheidstoestand van den troep, ook ongevraagd, van raad te dienen. (7) De commandant van een troepeneenheid draagt zorg, dat de ingedeelde arts op de hoogte wordt gehouden van de tactische omstan digheden en van zijn voornemens, voor zoover deze voor den genees kundigen dienst van belang worden geacht. Voor alle tot den staf behoorende functionarissen en commandanten van onderdeelen in of bij den staf werkzaam, is in het bijzonder het beginsel van toepassing, dat een ieder eigener drang al datgene voor bereidt, waarvan hij verwachten kan dat het gebeuren moet. Dit sluit in, dat allen zich op de hoogte stellen van binnenkomende of uitgaande

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 41