binnengeloopen. Kort daarop volgen nog de Chatham en van Malta een divisie torpedojagers voor patrouillevaart in het kanaal. Eind Augustus benoemt Kitchener, die als minister van oorlog te Londen blijft, generaal Sir John Maxwell, op dat oogenblik hoofd van de Engelsche militaire missie in Frankrijk, tot bevel hebber in Egypte. Een prachtige keuze Maxwell had meer dan 30 jaar van zijn militaire loopbaan in Egypte doorgebracht en kende het op zijn duim. Den 17den September zet hij er voet aan wal en treft er een vrij verwarden toestand aan. De groote massa van de bevolking heeft het bericht van den oorlog met onverschilligheid ontvangen en is hoogstens verbaasd geweest, dat Britten en Franschen zij aan zij staan. De intellectueelen hebben den gang van zaken met meer belangstelling gevolgd, zijn onder den indruk gekomen van de eerste Duitsche successen en niet geheel onbeïnvloed gebleven door de uit Turkije gevoerde propaganda. Ten slotte de Khedive heeft geweigerd, uit Konstantinopel terug te keeren. Er is dus alle reden, ook den binnenlandschen toestand met aandacht gade te slaan. Nog vóór generaal Maxwell zijn de eerste troepen aangekomen. Tusschen 9 en 13 September landt de 9de Britsch-Indische brigade (3de divisie) zij lost de Engelsche troepen af (zie blz. 156), die met dezelfde schepen doorgaan naar Frankrijk. Den 25sten zet de East Lancashire territoriale divisie te Alexandrië voet aan wal. Het is maar goed, dat de gestadige stroom van troepen is ingezet: Turkije's houding wordt steeds dreigender. De kanaalmaatschappij stelt zich meer en meer in op het technisch verijdelen van en opheffen van de gevolgen van eventueel gelukte aanslagen op het Suez-kanaal. Er is bericht ontvangen, dat te Aleppo Turksche en Duitsche officieren en deskundigen zijn aangekomen met een aantal mijnen en ander vernielingstuig in hun bagage. Een aanslag uit de richting van de Roode Zee of, door de woestijn, van Akaba uit lijkt waarschijnlijk. Geen prettige berichten. Te meer niet, omdat men, om de Turken niet te prikkelen, begin Augustus de Egyptische grensposten te El Arish en Nakhl (zie schets 2) heeft teruggenomen. Is het effect van dit politieke gebaar groot geweest Wie zal het zeggen. Misschien heeft men er door vermeden, dat voor het behalen van tijdwinst te vroegtijdige botsingen plaats vonden, die dan aanleiding hadden kunnen worden voor een conflict in optima forma. Echter, een tegenpartij, die iets in dien geest in den zin heeft, zal zich door geen appeasement-vriendelijkheden daarvan laten terughouden. Dat hebben de laatste jaren ons, en laten wij hopen afdoend, geleerd. Hoe het zij, in militair opzicht leverde het politieke gebaar nadeelen op. Wanneer wij ons even herinneren, dat de militaire luchtvaart nog nauwelijks haar schre- 161

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 60