doch vereischt een behoorlijken tijd van voorbereiding en een goede samenwerking. Over dien tijd beschikten de Franschen echter nietook daardoor kon de samenwerking niet voldoend worden geregeld. Het was dan ook wel te voorzien, dat in het Fransche verdedigingsstelsel hiaten zouden voorkomenmisre keningen zijn evenmin uitgebleven. HET VOORSPEL VAN DE AANVALLEN. In de week tusschen 19 en 25 Mei 1940 had de groote Duitsche doorbraak bij Sedan plaats. De militaire deskundigen aanschouw den hier voor de eerste maal een tot in alle details doorgevoerden mechanischen aanval. Het doorschrijden van de Ardennen met gepantserde eenheden was een prestatie, welke de Belgische Generale Staf tot dusverre voor onmogelijk had gehouden. De methoden, welke de Duitschers bij deze doorbraak hebben toegepast, werden reeds besproken. Op den 21sten Mei veroverden zij Atrecht (Arras) en Amiens, en stootten zij door naar de Kanaalhavens Abbeville en Boulogne. Hun nieuwe tactiek veroorzaakte helaas verwarring bij de Bel gische en Fransche legerleidingen, welke niet waren voorbereid op een aanval van een dergelijke gepantserde overmacht. Deze verwarring uitte zich zelfs in dien zin, dat Fransche bevelhebbers bij de verdediging van de Maas onherstelbare fouten hebben gemaakt als het in tact laten van verschillende kunstwerken w.o. rivierovergangen. Het verhaal gaat, dat gnl. Corap te Sedan in het staf kwartier tijdens den grooten aanval bij zijn telefoon in slaap zou zijn gevallen, en dat de Fransche opperbevelhebber, gnl. Gamelin, bij ontvangst van het bericht, dat bij Sedan een doorbraak had plaats gehad, zijn armen in de lucht zou hebben geworpen en zou hebben uitgeroepen: „Tout est perdu!" Wij kunnen deze verhalen laten voor wat zij zijn, doch hoe het zij, de Duitschers aarzelden niet, van de verwarring gebruik te maken, en zooals reeds gezegd, in zeer korten tijd bereikten zij de kust van het Kanaal. Na hevige gevechten en niet dan nadat de stad volkomen vernield en door Engelsche troepen verlaten was, slaagden de Duitschers er den 24sten Mei in, Bou logne te bezetten. Waar tot op dit oogenblik in geheel Zuid-België een mêlée van plaatselijke gevechten had gewoed, begon de toestand zich nu te stabiliseeren. Na enkele dagen gelukte het den Duitschers, zich in hun opstellingen te handhaven en hun reserves aan te trekken, zoodoende de wig in het geallieerde leger tot een aaneensluitend geheel te makenondanks den schitterenden heldenmoed, waar mede de Franschen, Engelschen en Belgen den overmachtigen gepantserden vijand trachtten tot staan te brengen, sneed deze doorbraak een groot deel van de geallieerde troepenmacht, waarbij het geheele Belgische leger, van de Fransche hoofdmacht af. 221

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 18