herhaalde snelle tegenaanvallen kon de Duitsche opmarsch voor- loopig tot staan worden gebracht. Zelfs werden enkele plaatselijke successen behaald, en eenige overgestoken Duitsche eenheden vernietigd. Had nü het Britsche expeditieleger zijn gewicht in de schaal kunnen werpen, dan zou het verloop van den strijd wellicht anders zijn geweest. Dit expeditieleger bevond zich op den 9den Juni echter in Engeland en moest daar geheel opnieuw worden uitgerust. Zoo konden slechts enkele Engelsche divisies deelnemen aan de ge vechten, die nu volgden, den strijd om Rouen. Twee Duitsche pantserdivisies, gesteund door zes infanterie divisies, sterk in het besef, dat onuitputtelijke reserves achter haar gereed stonden om haar taak over te nemen, rukten hier op tegen een vijftal Fransche en Engelsche eenheden, zonder noemenswaardige reserves. Toch verdedigden deze geallieerde troepen het terrein meter voor meter. Twee en een half etmaal konden zij het volhouden toen was het afgeloopen. Zonder op hun enorme verliezen acht te slaan, drongen de Duitschers vooruit, en weer was het de overmacht aan vecht- wag'ens, die den doorslag gaf. In den loop van den llden Juni moest Rouen worden ontruimd en daarmede was het lot van Parijs beslisthet wegvallen van de beveiliging op den linkervleu gel sloot een verder standhouden in front uit. Den volgenden dag werd over de g'eheele linie de terugtocht aanvaard, een terug tocht, die door het verder ontbreken van voorbereide stellingen en het mede daardoor mogelijk geworden bijkans roekeloos op rukken van de Duitsche gemotoriseerde en gemechaniseerde troepen, leidde tot het verloren gaan van Parijs op 14 Juni, van het afsnijden van de Maginotlinie, van het in handen van den gehaten Duitscher laten van geheel Noord- en Midden-, ja, zelfs van een deel van Zuid-Frankrijk, die leidde tot den wapenstilstand, tot ,,La débacle". 226

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 23