Uit dit verslag blijkt dan dat er nog 37 koffie-plantages „in
bedrijf" zijn. Haar productie heeft in de jaren 193519361937
resp. 40.137, 31.316 en 29.621 balen bedragen. Deze koffie (Liberia)
is echter vrijwel onverkoopbaar en werd vóór den oorlog uitslui
tend in Scandinavië en N.-Duitschland geconsumeerd. Het aantal
arbeiders op de koffie-ondernemingen was in 1931 ruim 6100, in
1935 ruim 10.000.
Verder zijn er nog 3 suikerondernemingen „in bedrijf" waarin
eind 1931 ruim 7400 en eind 1935 ruim 4100 arbeiders werkzaam
waren. Over 1937 werd geproduceerd 15.564 ton suiker.
De rijstbouw blijkt het eenigste bestaansmiddel onder de arbei
dende bevolking te zijn dat een vrij groote bestaanszekerheid
geeft. Echter, de rijstbouw wordt in Suriname als de „pauper
cultuur" beschouwd
De citrus(„grape fruit")-cultuur breidde zich, dank zij gouver-
nementssteun, aanzienlijk uit. Winst is voorloopig illusoir.
Over de bacoven-cultuur ligt nog een sluier van geheimzinnig
heid. Een millioenen-plan is aan de Nederlandsche regeering inge
diend onder het motto „bacoven-cultuur voor iedereen".
Dat de nood en armoede onder de hiervoor geschetste omstan
digheden vooral onder de lagere bevolkingsklassen steeds toe
neemt, velen gebrek lijden, de goede krachten de kolonie verlaten
om elders een betrekking te zoeken, het behoeft geen betoog.
Misschien dat de huidige oorlog iets ten goede voor Suriname
inhoudt Laten we voor het Surinaamsche volk, dat zich zoo aan
Oranje verbonden voelt en steeds weer toont, een beter lot te
verdienen, hopen, dat de magere jaren spoedig voorbij zullen zijn.
Moge dan de wensch in vervulling gaan, die tot uitdrukking
komt in het eerste couplet van het z.g. Surinaamsche volkslied
Suriname, trotsche stroomen,
Suriname, heerlijk land,
Suriname, fiere boomen,
Trouw zijn wij aan U verpand.
Mogen weer de vloten varen,
Dat de handel weder bloei,
Dat fabrieken welvaart baren,
Dat hier alles welig groei.
BRONNEN.
1) „Narrative, of a five years expedition, against the Revolted Negroes
of Suriname, 17721777", by Captain Stedman.
2) „Abraham Crynssen, de verovering van Suriname en zijn aanslag op
Virginië in 1667", door J. C. M. Warsinck.
3) „Djuka, The Bush Negroes of Dutch Guiana", by Morton C. Kahn.
4) „Historisch Overzicht over Suriname", bewerkt door H. J. Wolff.
5) Lezing (1934) .van dr. A. A. L. Rutgers, oud-gouverneur van Suriname.
6) Rede van Ir. E. F. Suringar voor „Oost en West".
7) „Landbouw opvoeding van de Surinaamsche Jeugd", door S. Beek.
8) Jaarverslagen van Suriname en de Kamer van Koophandel.
272
