land maakt. De plantengroei mist de frischheid en vooral de
variatie. Typisch voor Curacao zijn de divi-diviboomen, die door
de constante Oostpassaat hun kruinen alle naar het westen heb
ben gericht. Daarnaast zijn er verschillende soorten cacteeën, die
er toe bijdragen, het landschap een exotisch karakter te ver
schaffen. Sommige bereiken een hoogte van eenige meters en wor
den daarom terecht boom-cacteeën genoemd. Bekend zijn ook de
bol-cacteeën, die de grootte hebben van meloenen en met hun
geel-roode bloeiwijze bijzonder fraai afsteken tegen den paars-vio-
letten glans, die over de rotsen ligt.
Deze rotsen, grillig en massief, worden vooral op de noordkust
gevonden. Zij vangen de schuimende branding op, die in het felle
zonlicht een machtigen aanblik biedt als de beukende golven uit
een spatten in een veelheid van spectraalkleuren.
De zuidkust is rustiger. Hier treffen we de kleine baaien aan,
waar het koraal bedekt is met helder wit zand. Deze „strandjes"
zijn zeer geliefd door hen, die houden van de vrije natuur. Waar
de koraalriffen in zee ondiepe plaatsen vormen, kleurt het water
zich met een fraaie azuur-blauwe tint, die gelijk een cameleon
verandert als de zon voor eenige oogenblikken schuil gaat achter
een wolk.
In dit verband kunnen we nog noemen de Piscadera-baai, het
vacantieoord voor de employé's van de C.P.I.M., waar een prachtig
zeezwembad een van de ontspanningsmogelijkheden vormt.
De bewoners van Curacao.
Zoo heterogeen het stadsbeeld is door de mengeling van vormen
en kleuren, zoo uiteenloopend is ook de bevolking. Zeker kan niet
worden gesproken van den Curacaoenaar zooals van b.v. den
Javaan of den Madoerees. Dit is het gevolg van de vele ras
kruisingen, die in den loop der jaren hebben plaats gehad.
Ook in de omgangstaal, het Papiamentsch, komt het heterogene
karakter uit, dat dit gebiedsdeel in alle opzichten kenmerkt. Papia-
mentoe is een patois, gevormd uit Spaansche, Portugeesche, Engel-
sche en Nederlandsche woorden. Vooral Spaansch treedt op den
voorgrond, zoodat b.v. een Venezolaan zich ermede volkomen
goed verstaanbaar kan maken, ook bij de lagere bevolking.
Kan men met het woord „Curacaoenaar" slechts aanduiden, dat
de betreffende persoon „in Curacao" woont, toch is het wel doen
lijk, enkele criteria aan te wijzen, die een nadere scheiding tus-
schen de bevolkingsgroepen mogelijk maken.
Bij een daartoe ingesteld onderzoek werden de volgende anthro-
pologische kenmerken gebezigd
a. Huidkleur.
b. Kleur van het haar.
c. Kleur van de oogen.
d. Haargroei.
398