9. LEGERSPALKEN J)
door
G. KLOOSTERHUIS,
Officier van Gezondheid 1ste klasse.
De stelling, dat de beenbreuken van de ledematen als het
belangrijkste object van den oorlogschirurg kunnen worden
beschouwd, lijkt aanvechtbaar. Immers, op het eerste gezicht schij
nen verwondingen van hoofd en romp ons van grooter belang dan
die van armen en beenen, omdat wij gewend zijn, de aan schedel,
borst of buik toegebrachte letsels als ernstiger te beschouwen
dan de door een even sterk geweld ontstane kwetsuren
van de ledematen, aangezien bij de laatstbedoelde verwondingen
minder kans bestaat op beschadiging van voor het leven gewich
tige organen.
Hoe juist deze vergelijking ook moge zijn voor vredesomstan-
digheden, op het oorlogsterrein gaat zij niet op, om de eenvoudige
reden, dat de oorlogsletsels aan hoofd of romp meestal dermate
ernstig zijn, dat zij door chirurgisch ingrijpen in den regel nauwe
lijks meer gunstig kunnen worden beïnvloed, hoe goed de organen
voor de hulpverleening ook zijn georganiseerd en uitgerust. De
uiterst slechte kans op herstel noodzaakt ons als het ware, de
juistgenoemde letsels, zooal niet te verwaarloozen, dan toch als
minder belangrijk te beschouwen.
Hiermee wil niet zijn gezegd, dat de slechte kans op herstel
van een bepaald letsel ons ertoe moet doen besluiten, de aandacht
ervan af te wenden. Integendeeléén van de redenen waarom
schotverwondingen van de lange pijpbeenderen en speciaal die
van het bovenbeen steeds de bijzondere aandacht van leger-
chirurgen hebben gehad, is juist de hooge sterfte, welke zij tot
gevolg hebben. Het verschil in waardeering tusschen deze ver
wondingen en die van schedel of romp ligt echter in de mogelijk
heid, het eindresultaat door chirurgische tusschenkomst te beïn
vloeden. De oorlog van 1914-1918 heeft geleerd, dat vooral het
verleenen van eerste hulp bij kwetsuren van de ledematen van
groot belang is voor het uiteindelijk herstel. Helaas kan dit niet
worden gezegd ten aanzien van de andere groep van verwondingen
b Naar een voordracht, gehouden tijdens een militair-geneeskundige
conferentie in het militair hospitaal te Tjimahi.
362