de algemeene reserve tijdig kan ingrijpen. (Deze algemeene re
serve werd hier verminderd met 2 en vermeerderd met 10 batal
jons.) Daartoe waren de omstandigheden hier wel zeer gunstig,
zoowel door de volkomenheden aan Britsche als de onvolkomen
heden aan Turksche zijde. Want wel is de aanval betrekkelijk ge
makkelijk afgewezen, maar hoe, indien de Turksche troepen
behoorlijk waren geoefend in het overtrekken van rivieren en ka
nalen en men instede van de Arabieren met hun geringen moreelen
weerstand eens de Anatoliërs van de 10e Div. voorop had laten
gaan Ongetwijfeld zou de aanslag op het kanaal ook dan niet blij
vend zijn gelukt, maar men had dan toch waarschijnlijk wel wat
anders te zien gekregen.
Doch hiermede loopen wij vooruit op de volgende phase, den
aanval op het kanaal.
De aanval (zie schets 3).
In den morgen van 1 Februari 1915 stellen de Engelschen vast,
dat de Turken dichter bij het kanaal zijn gekomen. In het centrum
te Bir Habeita 2500 man met waarschijnlijk twee vuurmonden
te Moia Harab, dus in een opstelling, die zoowel optreden in de
richting van evengenoemd punt als in de richting van Sjaloef toe
laat, 8000 man. In het n. 3.000 nabij Bir el Mahadah, vanwaar
zoowel naar Kantara, Ferdan als Werf VI kan worden opgerukt
den vorigen dag o. van Kantara aangelegde loopgraven zijn niet
meer bezet. In den loop van 1 Februari naderen kleine Turksche
afdeelingen Werf VI en Ferdan; zij worden bij laatstgenoemde
plaats tegengehouden door het vuur van de Clio.
E.e.a. geeft gnl. Wilson aanleiding, de bezetting van het front van
den midden-sector en van den post Bench Mark te versterken.
380
Post Deversoir
Serapeum O.
Serapeum W.
Post Toessoem
Oude bezetting. Nieuwe bezetting.
1 cie.-2/10e Gurkha Rifles 2 cien.-2/10e Gurkha Rifles
2 cien.-92e Punjabis
62e Punjabis
92e Punjabis min 3 cien.
2/10e G. R. min 1V2 cie.
19e Lancashire vd.bij.
1 cie.-92e Punjabis
11 posten op w. kanaal
oever van Groot Bittermeer
tot Timsah meer
Wg. p. Dsjebel Meriam 1/2 sie.
2 cien.-92e Punjabis
62e Punjabis (3 versterkte
cien.) (reserve)
19e Lancashire vd.bij. (4
stukken)
2 cien.-92e Punjabis
5e Eg. bg.bij. (4 stukken)
met 2 sien.-128e Pioneers
Per post 2 sien. van:
l'/2 cie. 2/10e G. R.
Q. V. O. 2e Rajputs
1/2 sie.
l) Met tusschenruimten van 1200 yards 1100 m). Elke sectie bewaakt
een front van 600 yards en heeft daarin 3 staande patrouilles op onderlinge
afstanden van 200 yards.