Op eenige schriftelijk door den heer Kan tot Haar gerichte vragen antwoordde de Regeering op dezelfde wijze o.m. 508 van burgervliegers inderdaad onder toezicht en leiding van militaire zijde zal geschieden. Tenslotte wil Ik releveeren, dat het geachte lid, de heer Soedibiokoesoemo, zich verplicht heeft gevoeld, ofschoon dit buiten de crde van dit onderwerp is, een woord van hulde te brengen aan de geallieerde strijders in Afrika, Griekenland en in de Middellandsche Zee. De Regeering acht het zeer begrijpelijk, dat deze gevoelens door den geachten spreker tot uiting zijn gebracht. Zij sluit Zich daarbij gaarne aan. De wijze, waarop de geallieerde strijders in die gebieden zich hebben gedragen en successen hebben behaald, is verheffend voor het moreel van allen, die aan hun kant staan, dus ook van de bevolking van deze gebieden. En wat het leger hier te lande betreft kan ik wel de verzekering geven, dat het leger het vaste voornemen heeft, het voorbeeld van die strijders te volgen, wanneer het zoover mocht komen. I. De mogelijkheid tot vrijwillige dienstneming van uitheemsche en inheemsche Nederlandsche onderdanen is bij het Koninklijke Nederlandsch- Indische Leger thans reeds zoo ruim opengesteld als noodig is om zoowel de behoefte van de bestaande legerorganisatie als die van geprojecteerde verdere uitbreidingen te dekken en als mogelijk is met het oog op de opleidingscapaciteit. Dank zij deze maatregelen zijn reeds belangrijke reserves gekweekt, waaruit nieuwe eenheden kunnen worden gevormd of waarmede v.z.v. het kader betreft nieuwe opleidingen kunnen worden geëntameerd zoodra het benoodigde materieel beschikbaar komt. Aan de sportvliegerij wordt steun geboden in verschillende vormen, n.l. subsidie voor aanschaffing en onderhoud van materieel, beschikbaarstelling waar mogelijk van militaire vliegtuiginstructeurs, technische hulp en faci liteiten bij groot onderhoud, reparatie en controle van de vliegtuigen. Evenbedoelde subsidie bedroeg over het jaar 1940 30.000. In overweging is, het Luchtvaartfonds voor 1941 een belangrijke extra-subsidie te ver strekken. Voorts is een door de N.V. Philips Gloeilampenfabriek te Willemstad, Curacao, ten behoeve van de defensie geschonken bedrag van 100.000 in het Luchtvaartfonds gestort. Ter versterking van het personeel der militaire luchtvaart is reeds een aantal gebrevetteerde sportvliegers opgeleid tot z.g. tweede bestuurder- mitrailleurschutter. De resultaten, welke bij de uitbreiding van het personeel der militaire luchtvaart tot dusverre zijn verkregen, zijn over het algemeen (zeer) bevre digend. Sedert het begin van den oorlog is hier te lande een verhoogde animo voor dienstneming tot uiting gekomen. Dit geldt vrijwel voor alle bevolkingsgroepen. Daar het niet wenschelijk wordt geacht, cijfers te noemen betreffende het totaal in dienst genomen personeel, zij volstaan met de mededeeling dat de toeloop zoodanig is, dat vrijwel geregeld door de verschillende oplei dingen op maximum capaciteit wordt gewerkt. Voor de vliegeropleiding konden in Januari jl. zooveel leerlingen worden aangenomen, dat de vliegschool te Kalidjati hen niet allen kon opnemen, weshalve ock in eenige andere luchtvaartgarnizoenen opleidingen werden geopend. Zooals reeds eerder aan den Volksraad werd medegedeeld, is de opleiding tot vlieger ook opengesteld voor onderdanen niet-Nederlander. In 1940 werden 10 Inheemschen in opleiding genomen, in 1941 tot heden 20 Inheem- schen en 9 Chineesche Nederlandsche onderdanen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 88