519
Het was op 6 November 1936 dat de Russische tanks daar (in Spanje)
voor de eerste maal hun visitekaartjes afgaven en wel aan het Madrileensche
front. De steeds even onstuimige als indiscrete pers had dien dag het dorpje
Mosteles juist doorschreden, toen ze op een kanonnade van uitgekozen Spaan-
sche verwenschingen stootte, afgevuurd door een groepje officieren, dat de
wacht betrokken had bij een nieuw verschijnsel. Dit verschijnsel 'bestond uit
een looper van fijn gehakt stroo, welke dwars over den weg en het aangren
zende land uitgespreid lag.
De ontvangst, welke ons op deze plek ten deel viel bewees, dat dit stroo
uitgekozen was een gewichtige rol te spelen, maar we hebben nimmer kun
nen achterhalen, welke rol dat was. Echter combineerden we snel een ge
volgtrekking tanks Het verloop van den dag 'bewees, dat we goed geraden
hadden want inderdaad verschenen en verdwenen op dien dag de eerste Rus
sische tanks in het gevecht. Het stroo was vermoedelijk uitgestrooid' als een
proef. Men verwachtte ervan, dat 'het te goeder ure wel tot zelfontbranding
zou overgaan of misschien ook, dat de rupsbanden er dol op zouden draaien,
maar gelijk gezegd', men heeft ons het geheim nimmer toevertrouwd en we
hebben het experiment ook nimmer zien herhalen.
Wel kregen we dien dag wat anders te zien. Een tank hobbelde, hevig
vuur uitbrakend over den weg voort. Maar langs dien weg stonden boomen
en in een dier boomen was een brave legionnair geklauterd, vergezeld van
zijn deken en een fleschje benzine. Toen het goede oogenblik aangebroken
was, werd de benzine over de deken gesproeid en deze op den tank gede
poneerd. Daarna een handgranaatje op den deken en weg was de tank.
Een knetterende en vlammende rookkolom, die tegen een boom doodliep.
Dit schouwspel was boeiend en zeer onvergetelijk, waarbij we ons voor
stellen, dat ware de proefneming niet gelukt, we nu niet in Batavia zouden
zitten om erover te rapporteeren.
De proefneming zelf werd tot een vast systeem ontwikkeld. De deken viel
daarbij uit maar het fleschje benzine en de handgranaat bleven. En met deze
twee kleinigheden gewapend, traden de onverschrokken, Spaansche fuseliers
de bolschewistische mastodonten tegemoet, zooals een ander op de olifanten-
jacht gaat. De koele militaire criticus, generaal Duval, geeft in zijn uitmun
tend werk „Les lecons de la guerre d'Espagne" zijn verbazing te kennen
over de luchtige verachting, waarmede in de Spaansche gelederen over de
tanks der communisten gesproken werd en volgens onze eigen bevindingen
draaiden de Spanjaarden voor een communistische tank hun pink werkelijk
niet om.
In den beginne heeft Franco met zijn tanks óók groote fouten gemaakt
maar hij keerde schielijk op de dwalingen zijns weegs terug. De Russen
echter niet. Deze hebben tot den laatsten dag toe bij een verkeerd gebruik
van hun machines volhard en geen verliezen hoe groot ook, konden hun
trouw ten deze breken.
Later, in Finland, hebben zij bewezen nog steeds niets geleerd te hebben.
Een Deensch vorstenzoon, die zijn deelname aan den Finschen veldtocht
even afbrak om in Parijs een paar zaken te regelen, verleende in die dagen
aan de onwelriekende asfaltbloem, Paris-Soir een interview. Maar dit was
bijna geheel gevuld met een relaas over de dapperheid, waarmede de Finnen
singlehanded de Russische tanks in hun dooden hoek tegemoet traden om
ze met een handgranaat te verslaan.
Inmiddels late men zich door deze gegevens niet van de wijs brengen. Het
anti-tankkanon is en blijft de vernietiger van de tanks en bij gebreke ervan
de lichte artillerie. Op onze bootreis ontmoetten we een Fransch priester
kanonnier, die ons uitvoerig vertelde hoe zijn batterij bij Nancy in enkele
minuten tijds dertien tanks in scherven schoot. Maar toen de minuten voorbij
waren bestond zijn batterij ook niet meer en hij heeft er nimmer een spoor
van kunnen terug vinden.
Met handgranaten en dergelijken kan men uitsluitend tegen tanks optreden,
welke dingen doen, die niet des tanks zijn.