633
nieuwe leger zal officieren krijgen zonder inachtneming der vroegere politiek,
die bepaalde, dat slechts bij 21 eenheden van het Britsch-Indische leger
Britsch-Indische officieren konden dienen. Er zijn stappen genomen om meer
dan 1.100 officieren per jaar af te leveren. Een nieuw opleidingscentrum zal
in Centraal-Britsch-Indië worden ingesteld, met een capaciteit van 500 ca
detten. De aflevering van Britsch-Indische officieren aan de Britsch-Indische
militaire academie te Dehra Dun wordt bespoedigd. Reeds 381 Britsch-
Indiërs dienen als officieren op vol salaris, en 136 zijn nog in opleiding te
Dehra Dun.
Het land is bezig een groot arsenaal te worden, dat oorlogsmateriaal kan
leveren voor de Britsch-Indische strijdkrachten in binnen- en buitenland, en
ook voor Groot-Brittannië, de Dominions en de geallieerden. Na een uitput
tend onderzoek der industrieele hulpbronnen van het land worden thans
maatregelen getroffen voor gecombineerde militaire en industrieele krachtsin
spanning ter opvoering van de productie van oorlogsvoorraden en legerma-
terieel, dat vroeger niet in het land werd vervaardigd.
Het departement van voorraden, dat voor den oorlog werd georganiseerd,
is omgezet in een commissie voor de oorlogsvoorraden, onder leiding van een
Britsch-Indischen minister, die departementale deskundigen onder zich heeft.
Zij brengt de werkzaamheden van alle fabrieken van geschut en militaire
benoodigdheden en alle burgerlijke industrieele organisaties die thans munitie
en oorlogsvoorraden produceeren, in een verband.
Eerstgenoemde categorie van fabrieken, die talrijker en grooter zijn ge
worden, bereikte de eerste acht maanden van den oorlog een recordproductie
zooals slechts tegen het einde van den vorigen oorlog werd bereikt, en de
stappen die genomen zijn om deze productie nog te verhoogen, zullen records
scheppen, die nog nooit in Britsch-Indië zijn voorgekomen.
Van de 40.000 onderdeden die noodig zijn om een modem leger uit te
rusten worden reeds meer dan 20.000 in Britsch-Indië geproduceerd. Aan
munitie en materiaal werd sedert het uitbreken van den oorlog het volgende
over zee gezonden 75 millioen patronen voor kleine wapens 200.000 grana
ten van alle soorten 6.000 geweren, 8.500 tenten, vier en een half millioen
zandzakken, 600.000 dekens, drie millioen yards khaki drill, 150.000 paar
schoenen, 20.000 overjassen, andere textiel artikelen in groote hoeveelheden,
17.000 zadels.
Het uitbreidingsplan, dat thans in werking wordt gesteld, voorziet in de
vervaardiging van de modernste wapen- en munitietypen, zooals veldgeschut,
luchtafweerkanonnen, luchtbommen, landmijnen en dieptebommen.
De Britsch-Indische marine is in sterkte verdubbeld. Bij het uitbreken van
den oorlog werd zij versterkt door vordering van koopvaardijschepen en de
marine etablissementen te Bombay en Karatsji zijn uitgebreid om daarmede
gelijken tred te houden. De opleiding voor schutters, bediening van anti
onderzeeërs en mijnenvegers en seiners is uitgebreid.
Uitbreiding van de luchtmacht is in overweging. De autoriteiten der bur
gerlijke luchtvaart organiseeren de opleiding van 300 piloten en 2.000 mecani
ciens als reserve, waaruit de luchtmacht kan putten het benoodigde aantal
piloten en het grondpersoneel met het oog op verdubbeling van de Britsch-
Indische luchtmacht.
De opleidingsinstellingen te Lahore en Ambala worden uitgebreid en de
werving voor de R.A.F. is aan den gang.
Een ernstige beperking is het gebrek aan toestellen voor de opleiding, doch
hierin zal worden voorzien.
De mogelijkheid van vliegtuigproductie in het land zelf is in studie en er
zijn aanwijzingen, dat deze nieuwe industrie zich onmiddellijk zal ont
wikkelen. Voorts worden versterkingen door aankoop uit het buitenland
verwachteen officieele missie is voor dit doel naar de Vereenigde Staten
gegaan.
Een beweging om gelden op zij te leggen voor de Britsch-Indische defensie
is op touw gezet, teneinde van alle deelen der bevolking geregelde bijdragen
