643 verleend alle moreele kracht, welke zal kunnen worden ingezet, zal ter beschikking worden gesteld, daaronder het op den voorgrond stellen van de steeds bestaande mogelijkheid, dat de V.S. daadwerkelijk aan den oorlog zullen deelnemen, hetgeen anderen van onberaden daden zal kunnen weer houden. Maar het feitelijk inzetten van de Amerikaansche mankracht, te land, ter zee, zoowel als in de lucht, zou men volgens die gegevens tot het uiterste en onvermijdelijke willen bewaren, wanneer het Westelijk halfrond als zoodanig in onmiddellijk gevaar zou komen. De zienswijze omtrent de bepaling van dit gevaar wisselt op het oogenblik practisch met den dag, maar de fundamenteele politiek van de V.S., zooals die in dit witboek is vastgelegd, kent geen andere wezenlijke deelname aan den oorlog dan ter wille van de directe bescherming van den Amerikaanschen bodem. Op dit witboek is den 6den Juni 1940, in den tijd toen het met de geallieerde zaak wel zeer slecht ging, een naschrift verschenen, waarin werd rekening gehouden met de mogelijkheid van een Duitsche overwinning en waarin de Pacific-positie van de V.S. in het bijzonder in beschouwing is genomen. Hoewel de mogelijkheid en zelfs ook de waarschijnlijkheid bestaat, dat zich in dit opzicht te Washington andere denkbeelden hebben baangebroken, zij het zeer zeker niet algemeen, is het toch nuttig, van de op dat moment geldende opvattingen in leidende Amerikaansche regeerings- kringen kennis te nemen. In het kort komt hetgeen daarin wordt gezegd op het volgende neer. „Rekening houdend met de mogelijkheid van een beslissende Duitsche overwinning in het Westen, hangt de uitvoering van de defensieve taak van de V.S. met betrekking tot den Pacific af van twee factoren, namelijk het lot van de Britsche en de Fransche vloot en de bedoeling van Japan. Zou Duitschland winnen, aldus dit witboek, dan zullen de V.S. waar schijnlijk probeeren, onmiddellijk een „München" in het Verre Oosten tot stand te brengen. Een Duitsche overwinning, gepaard aan de vorming van een actief DuitschItaliaanschJapansch bondgenootschap tegen de V.S., maar vooraf gegaan door de vernietiging van het grootste deel der geallieerde vloten, zou voor de V.S. aanleiding zijn, t.a.v. het Oosten hun defensielinies in te perken. De handelsweg naar Malakka en omliggende landen zou moeten worden prijs gegeven, hetgeen de nationalisatie van de Amerikaansche rubber en tin zou noodzakelijk maken. In dat geval zouden de Philippijnen en de Engelsche bezittingen in het Verre Oosten uiteindelijk aan hun lot moeten worden overgelaten. De Amerikaansche vloot zou hebben terug te trekken op de basis te Hawaii en een deel daarvan zou naar den Atlantischen Oceaan moeten worden overgebracht, m.h.o. te verwachten moeilijkheden in Zuid-Amerika. In het geval echter, dat de geallieerde vloten in 'svijands handen zouden vallen, zullen wij met betrekking tot de verdediging van het Westelijk halfrond verder moeten gaan. Aangenomen kan worden, dat het den Duit- schers een jaar of anderhalf jaar zou kosten, deze vloten te bemannen en wij zouden wat het Oosten betreft, onze defensie moeten instellen op het prijsgeven van Hawaii en Alaska en direct tot de Amerikaansche kusten moeten bepalen." Tot zoover zeer in het kort een weergave van het Amerikaansche stand punt, dat een jaar geleden in leidende kringen te Washington opgeld deed, thans hoewel de omstandigheden zich sterk hebben gewijzigd zeker nog niet geheel is losgelaten en niet alleen wordt bepaald door de z.g. isolationitische groep, maar ook door elementen van de groep, welke onder leiding van Willkie op de wip zit. Er bestaat over de feitelijke deelname van de V.S. aan den oorlog en in het bijzonder omtrent het oogenblik, waarop zal worden bepaald, dat direct Amerikaansch belang wordt aangetast, nog altijd zeer groote onzekerheid. Tot een positieve uitspraak ter zake heeft de regeering te Washington zich nog niet laten bewegen. Hoewel wij dankbaar mogen aanvaarden wat aan materieele hulp wordt

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 113