Wie tot anderen over zijn meerderen klaagt ondermijnt de
krijgstucht.
Wie steeds begrepen wil worden begrijpt de krijgstucht niet.
Begrijpen, daarin ligt het.
Voor den meerdere is de krijgstucht een tweesnijdend zwaard.
Alleen juiste hanteering kan hem voor zelfverwonding behoe
den.
Ten slotte zal de krijgstucht voor den zwakke altijd een laby
rinth blijven, waarin hij zichzelf steeds weer kwijt raakt.
554