Wat de artikelen betreft, is nog het volgende aan het betrek kelijke ontwerp ontleend 613 sterking van het regionale verdedigingsstelsel. Daartoe is in het bijzonder versterking van mankracht noodig. Voorliggend ontwerp beoogt, door invoering hier te lande van een verplich ten krijgsdienst voor onderdanen-niet-Nederlanders op de minst kostbare wijze evenbedoelde versterking van mankracht te verkrijgen. Daarbij is er van uitgegaan, dat het voorgestelde militiesysteem, waaraan slechts een betrekkelijk korte oefeningstijd kan worden verbonden, alleen dan aanvaard baar is, indien het daarmede te vormen leger kan worden geruggesteund door een sterk contingent militairen met een lang dienstverband. Voorts zal de te vormen militie moeten worden uitgerust met een aan de eischen van den modernen oorlog 'beantwoordende bewapening. Bestudeering van het defensievraagstuk op vorenomschreven basis, met in achtneming van de geografisch-strategische situatie en alle andere op de verdediging van Nederlandsch-Indië van invloed zijnde factoren, heeft uitge wezen, dat versterking van de mankracht niet van invloed kan zijn op de daarin door de vloot en het luchtwapen te vervullen rol. De ten behoeve van deze weermachtsorganen geprojecteerde verdere uitbouw wordt daardoor dus niet overbodig. Voorts heeft deze bestudeering uitgewezen dat de urgentie van versterking van de mankracht voorshands slechts bestaat op Java en op eenige strate gisch belangrijke punten in de buitengewesten, terwijl ook in deze gebieden de behoefte aan mankracht zich niet uitstrekt tot de geheele weerbare be volking. Invoering van een algemeenen dienstplicht, welke in oorlogstijd zou leiden tot een millioenenleger, verspreid over geheel Nederlandsch-Indië, zou dus ver boven de behoefte uitgaan. Aangezien het niet uitgesloten moet worden geacht, dat in de toekomst de eischen met betrekking tot de sterkte der jaarcontingenten in de verschillen de gebiedsdeelen aan verandering onderhevig zullen zijn, laat voorliggend ontwerp ruimte om jaar voor jaar in deze 'behoefte te kunnen voorzien. Volgt uit het vorenstaande, dat de dienstplicht ten behoeve van het leger o.m. regionaal zal worden begrensd, voor de vloot, waarvan het actiegebied geen regionale indeeling toelaat, zal zulks niet gelden. Derhalve zullen, naar gelang van de behoefte, jongelieden, afkomstig uit geheel Nederlandsch-Indië, voor den dienstplicht bij de zeemacht kunnen worden aangewezen. Met betrekking tot den opzet van het ontwerp is de mogelijkheid over wogen, de vigeerende algemeene verordeningen inzake den verplichten krijgs dienst, n.l. het Dienstplichtbesluit voor Nederlandsch-Indië en de Dienst- pliohtregeling voor Nederlandsch-Indië, door wijziging en aanvulling tevens geschikt te maken voor de onderdanen-niet-Nederlanders. Deze mogelijkheid moest ter wille van de leesbaarheid en de overzichtelijkheid worden ver worpen. Evenwel is er naar gestreefd, de indeeling van de ontwerp-ordonnantie benevens de strekking en de redactie van de daarin voorkomende artikelen zooveel mogelijk in overeenstemming te doen zijn met de overeenkomstige artikelen in het Dienstplichtbesluit voor Nederlandsch-Indië (Staatsblad 1923 no. 408) Voor de vaststelling van de uitvoeringsvoorschriften is in het algemeen de vorm van een regeeringsverordening voorgeschreven ten aanzien van enkele onderwerpen wordt het gewenscht geacht, de mogelijkheid tot regeling bij besluit van den Gouverneur-Generaal open te laten, zulks in overeenstemming met de terzake in het Dienstplichtbesluit vervatte regeling. Het is nochtans de bedoeling om ter wille van de overzichtelijkheid ook de voorschriften met betrekking tot verschillende van laatstbedoelde onderwerpen te zamen met de overige uitvoeringsvoorschriften in één regeeringsverordening samen te vatten, gelijk in de Dienstplichtregeling is geschied.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 83