kan worden, gezien, steeds zullen samenvallen met de middellijn van den cirkel, liggende in het verticale vlak, dat gaat door de zielas van het wapen, dan is het uiteraard mogelijk, met de boven verkregen grootheden het gewenschte beeld voor het reflex-vizier samen te stellen. Uitgaand van het middelpunt van den grondcirkel, gelegen in de optische as van den cylinder c (Fig. 1) en aangegeven door het snijpunt van het kruis, wordt op een lijn, evenwijdig met de zielas van het wapen, een afstand uitgezet gelijk aan de uitmid delpuntigheid der ellipsen voor elevatiehoeken van 30° en 60°, dus 0,35 mm. Om dit punt als middelpunt worden nu de beide ellipsen met de bij het middelpunt behoorende gegevens voor resp. de korte en lange assen geconstrueerd. Als resultaat hebben we dan verkregen, dat, na het instellen van het snijpunt van het kruis op een doel, dat onder een elevatiehoek van 30° resp. 60° wordt gezien, de ellipsen, zooals deze zich tegen den hemel aftee- kenen, cirkels zullen begrenzen met een straal van 116 meter op een afstand van 1000 meter met het doel als middelpunt. Bij de berekening van de uitmiddelpuntigheid hebben we gezien, dat deze waarde voor een elevatiehoek van 45° 0,06 mm grooter was dan voor de hoeken van 30° en 60° en vanzelf rijst de vraag, welke fout wordt gemaakt, wanneer, zooals bij het reflex-vizier is geschied, alleen de ellipsen voor beide laatstge noemde hoeken worden uitgetrokken en gericht wordt onder een hoek van 45°. Maken we voor de berekening weer gebruik van den bekenden brandpuntsafstand van het lenzensysteem en den waren afstand, dan blijkt dat deze fout gelijk is aan 0,06 X 1000 1 1 -b—mm 7m m 1,42 meter m 0,06 cos 45° cos 45° 0,707 negatieven zin, m.a.w. we zijn 1,42 meter te laag gericht. Deze becijferde fout, die voor elevatiehoeken van 30° en 60° tot nul is gereduceerd, is een maximale fout én zóó klein, dat ze, gelet op de hoogtespreiding van het wapen, zou kunnen worden verwaarloosd. Hierna zullen we zien dat deze fout op een andere wijze nog wordt gecorrigeerd. Houden we echter een oogenblik vast aan deze becijferde afwijking, dan zal het duidelijk zijn, dat het practisch volkomen overbodig is, de ellips voor 45° elevatie uit te trekken volstaan kan worden met de ellipsen voor 30° en 60° elevatie. We dienen er dan op bedacht te zijn, dat voor elevatiehoeken grooter dan 45° wordt ingesteld op de buitenste ellips, en voor hoeken kleiner dan 45° op de binnenste. De constructie van de beide ellipsen in samenhang met den grondcirkel is voorgesteld in fig. 7. Besteden we nu nog even onze aandacht aan de vliegrichtingen, teneinde ook deze lijnen op het vizier te kunnen aangeven. Daar de vliegtuigen een cirkel binnenvliegen in de richting van het middelpunt is het zonder meer duidelijk, dat dit in de projectie 689

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1941 | | pagina 49